Zou ik me aan wat chemie durven wagen? Aan katerchemie toch!
We naderen het einde van het jaar. Kerst- en nieuwjaardagen. Familiefeesten, van oud naar nieuw: een periode waarin menigeen een glaasje meer drinkt dan gewoonlijk. Dit kan gevolgen hebben: achter elk neutje tevéél ligt een kater op de loer!
Hoe werkt dat lelijk dier?
Wat ons vrolijker maakt (meestal toch) is de ethanol. Op zichzelf al enigszins giftig, maar als je er niet teveel van inneemt heeft ons lichaam voldoende enzymen (in dit geval dehydrogenasen) in voorraad om de ethanol om te zetten in azijnzuur volgens volgend schema:
Het azijnzuur wordt dan verder snel afgebroken tot water (H2O) en koolzuurgas (CO2) waar we door wateren en ademen goed weg mee kunnen...
Maar als we teveel ethanol slurpen geraken we door onze voorraad enzymen heen en stopt het afbraakproces bij het acetaldehyde. En het is dat "molecuuletje" dat ons met dat akelig misselijk katergevoel opzadelt als het zich opstapelt in ons lichaam. Dit duurt (als je niet meer verder drinkt natuurlijk) tot ons lichaam weer voldoende enzymen geregenereerd heeft om het schema van hierboven weer volledig te laten verlopen.
Prachtig toch hé die biochemie!
Naar het schijnt hebben Oost-Aziatische volkeren beduidend minder voorraad in hun lichaam van de enzymen die voor de omzetting van acetaldehyde tot azijnzuur kunnen zorgen.
Chinezen en Japanners zijn dus potentieel katerrijke volkeren"!
Voor sommigen onder ons geldt sporadisch, voor anderen geldt regelmatig: wat een geluk dat we niet met spleetoogjes geboren zijn...
Santé!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten