maandag 31 mei 2010

De tijd gaat snel…Oplossing

Mijn pasta was “à point” en zoals het moet “al dente”.
Ik had immers uitgevlooid hoe ik met een zandloper van 7 minuten en eentje van 4 minuten precies 9 minuten kan timen.


Ziehier het voorschrift:
  • draai beide zandlopers gelijk om en wacht tot de kleinste leeg is. Verstreken tijd: 4 minuten.
  • draai de kleine onmiddellijk weer om en wacht tot de grote leeg is. Verstreken tijd: 7 minuten.
  • draai de grote onmiddellijk weer om en wacht tot de kleine weer leeg is. Verstreken tijd: 8 minuten.
  • draai de grote weer onmiddellijk om en wacht tot hij leeg is. Verstreken tijd: 9 minuten
Toch een nogal ingewikkeld gedoe.
Ik ga, op aanraden van Annie een kookwekkertje kopen.

Opletten!

Elke maandag probeer ik hier te verduidelijken dat onze fantastische hersenen toch niet 100% perfect zijn.
Het is een (maandag)illusie te denken dat alle signalen die via onze zintuigen onze hersenen bereiken, tot ons bewustzijn doordringen.
En dit is maar goed zo, anders werden we gek.
Zo kunnen we bijvoorbeeld wel geconcentreerd waarnemingen doen, maar dit heeft zo zijn gevolgen.
Bekijk onderstaande video maar eens en je zal zien wat ik bedoel.


Wil je meer weten over ons beperkt waarnemingsvermogen, bezoek dan eens The Invisible Gorilla, de site van de makers van dit filmpje. In hun gelijknamig boek laten ze ons kennis maken met andere illusies over de werking van onze grijze materie.

zondag 30 mei 2010

Ze gingen er bij zitten

Voor deze zondag presenteer ik jullie een klein versnaperingetje.
Een Google Map die ons bij standbeelden van beroemde personen brengt.
Eigenlijk zou ik niet van standbeelden, maar van zitbeelden moeten spreken.
Want de VIP's worden hier, op ware grootte, zittend afgebeeld.

In België zijn het er niet zo veel.
Albert Einstein b.v. in De Haan, waar hij toch een paar maanden verbleef (van maart tot september 1933). Of Georges Simenon in Luik, waar hij geboren werd.

image

Klik op bovenstaande kaart en je kan 107 beelden van beroemde personen gaan bekijken op de plaatsen waar ze gebeiteld zitten.
Daarnaast (gele markers) kom je ook nog terecht bij fictieve of symbolische beelden, zoals De Kotmadam in Leuven b.v.

Via Google Maps een historisch-culturele wereldreis maken.
Ga daar maar even bij zitten.

zaterdag 29 mei 2010

Poets je hart

image
Tandenpoetsen behoort tot de verplichte dagelijkse hygiëne.
Maar het effect van dat ochtend- en avondwerkje gaat blijkbaar veel verder dan een frisse mond en een welriekende adem.

Een team onderzoekers van het University College London, publiceerden eergisteren (27 mei) in het British Medical Journal de resultaten van jarenlang onderzoek (1955 tot 2003), waarbij ze het verband nagingen tussen hartziekten en mondhygiëne.
Daarbij werden 11.869 volwassenen van 35 jaar en ouder (gemiddelde leeftijd 50 jaar) opgevolgd.
Uit de studie blijkt dat mensen die nalaten om hun tanden tweemaal daags te poetsen, tot 70% meer kans hebben op een hartprobleem!
Bij diegenen die geen poetsdiscipline hadden waren er natuurlijk ook rokers, diabetici, zwaarlijvigen en anderen met een verhoogd risico op hartkwalen. Maar zelfs als men die factoren wegfilterde, bleef het verband tussen te weinig tanden poetsen en hartfalen bestaan.
De onderzoekers veronderstellen dat de link tussen slechte mondhygiëne en hartziekten ligt in de permanente tandvleesontsteking die bij slecht en onvoldoende poetsen voorkomt. Chronische ontstekingen en de reactie van het lichaam daarop, zijn immers al langer bekend als een oorzaak van hartproblemen.

Enfin, nu weet je het: als je ‘s morgens én ‘s avonds je tanden poetst, poets je niet alleen je mond. Je poetst ook je hart!

vrijdag 28 mei 2010

De tijd gaat snel

Ik herinner me nog zeer goed hoe mijn moederke een zandlopertje gebruikte als ze eitjes wou koken.
Soms zachtgekookte, soms hardgekookte eitjes.
En ze waren, in mijn herinnering, altijd perfect “à point”.

Maar om mijn pasta “al dente” klaar te stoven, zit ik nu zelf met een groter zandloperprobleem.

image
Ik beschik namelijk over twee zandlopers.
Een grote die precies 7 minuten loopt.
En een kleine die precies 4 minuten loopt.
Hoe kan ik het in hemelsnaam klaarspelen om met die twee mijn Italiaanse sliertjes exact 9 minuten te laten garen?
Help me en stuur me je antwoord tegen zondagavond: herve.tavernier2@pandora.be
Maandagavond hoop ik hier te kunnen vertellen hoe het moet.

donderdag 27 mei 2010

Het kan gebeuren

Presidenten (Viktor Janoekovytsj bij voorbeeld) en andere mensen met aanzien moeten zich in weer en wind van hun ceremoniële taken kwijten.
Als die wind dan net in het verkeerde hoekje zit, kan dit wel eens problemen geven…

woensdag 26 mei 2010

Martin Gardner (1914 - 2010)

File:Martin Gardner.jpeg
In de drukte van de laatste dagen is het me echt ontgaan.
Vorige zaterdag 22 mei is Martin Gardner op 95-jarige leeftijd overleden. Vorig jaar had ik het hier nog over zijn verjaardag.

Martin Gardner is 46 jaar geleden (!) voor het eerst in mijn leven gekomen.
1964: ik kocht toen in een tijdschriftenwinkeltje recht tegenover de Minardschouwburg in Gent, mijn allereerste Scientific American.
Op blz. 116 van dat nummer: Mathematical Games by Martin Gardner.
 MG  
Ik ben sinds 1964 een trouwe lezer gebleven van de Scientific American.
En bij elke nieuwe maandeditie was Mathematical Games één van de allereerste dingen die ik bekeek.
Uren puzzelplezier heb ik aan Martin’s raadseltjes beleefd.
En in mijn vrijdagblogje maak ik nog altijd dankbaar gebruik van het jarenlang verzameld puzzelmateriaal dat Martin mij via de Scientific American bezorgde.

En dat Scientific American zich duidelijk bewust is van het belang die de rubriek van Gardner gehad heeft voor de populariteit van het tijdschrift, blijkt uit de “Tribute to Martin Gardner” die ze sinds gisteren (25 mei) op hun website lanceerden.
 image 
Toen Martin in 1981 ophield met zijn rubriek in het tijdschrift, betekende dit voor mij niet het einde van mijn (virtueel) contact met de man.
Want Gardner is boeken blijven schrijven. Tot vorig jaar zelfs. Meer dan 70 in totaal.
En ik ben hem blijven lezen. Want boeken bestellen via internet bij Amazon.com is een fluitje van een cent.
Martin schreef niet alleen over wiskundespelletjes.
Maar (hoe langer hoe meer) ook kritische beschouwingen over wetenschap, wetenschapsbeoefening en religie.
Zijn laatste boek “When you were a tadpole an I was a fish” is daar een treffend voorbeeld van.
De rare titel is de eerste zin van het (in America toch) bekend gedicht “Evolution”. Het enig gedicht ooit van de nobele onbekende Langdon Smith.

[Gardnerboek[3].jpg]
Met Martin Gardner is weer een figuur van het toneel verdwenen die mijn interesse in wetenschap jarenlang gevoed heeft.
Het begint rap te gaan vind ik.

dinsdag 25 mei 2010

Mijn restaurantje

Ik ben geen echte keukenpiet.
Maar zo nu en dan “mag” ik chef Mia wel eens helpen.
En je weet het: keukenhulpjes zijn er niet voor de final touch, maar voor het routinewerk.
Ajuinen snijden b.v. als er soep moet gekookt worden.
Het effect ken je zonder twijfel: tranen met tuiten!



Maar dat hoort nu definitief tot het verleden.
Ik heb op internet de truuk gevonden om zonder waterlanders ajuintjes klein te krijgen.
En van die truuk wil ik jullie laten meegenieten.
  • pel het buitenste droog omhulsel weg
  • snij de uiteinden af
  • dompel de ajuinen even in een beker met water
  • haal de ajuinen uit het waterbad
  • snij ze en… pleng geen traan meer

Soak Onions in Water for Tear-Free Cutting
Ik hoop nu maar dat dit geen uien na Pinksteren zijn.
En dat Piet Huysentruyt u dat al niet lang geleden geleerd heeft.
En dat ge nu zonder verdriet uw chefke zult kunnen dienen.

maandag 24 mei 2010

Wie is de snelste – oplossing


Jan blijft ook in de tweede race de snelste.
Aangezien beiden even snel lopen als in hun eerste wedstrijd heeft Jan al 100m afgelegd op het ogenblik dat Piet 90m ver is.
Op dat moment is Jan dus al op dezelfde hoogte als Piet.
En aangezien Jan sneller loopt dan Piet, zal hij Piet in de laatste 10 m met de vingers in de neusgaten voorbijgaan.
Proficiat aan de 8 inzenders van het juiste antwoord.
Tot vrijdag voor een nieuwe opgave.

Nabeeldillusies

Nabeelden zijn erg bekende illusies.
Kijk je een tijdje naar een sterk licht (ten zeerste af te raden!!!) en daarna naar een wit vlak, dan zie je een donkere vlek.
Maar een flash van een fototoestel veroorzaakt een witte vlek als we onze ogen sluiten.
Twee verschillende effecten waar we op deze illusie-maandag wat verder op in gaan.

Er bestaan inderdaad twee soorten nabeeldillusies: negatieve en positieve.
De negatieve zijn wellicht de bekendste.
Ze komen hier op neer: als je een tijdlang een figuur in een bepaalde kleur bekijkt en je kijkt nadien naar een wit oppervlak, dan zie je op de witte achtergrond de figuur in de complementaire kleur.
Een gekende illustratie van die negatieve nabeeldillusie zie je in onderstaande figuur.
Staar gedurende 30 seconden naar het oog van de groene papegaai en kijk dan naar de kooi: je ziet er een rode papegaai in.
Doe je hetzelfde met de rode papegaai, dan zie je een groene papegaai in de kooi:

image
De uitleg voor het effect gaat als volgt.
Als je lang naar een bepaalde kleur kijkt (rood bijvoorbeeld) zullen de receptorcellen voor rood op het netvlies zich aanpassen en hun activiteit verminderen om energie te sparen.
Als je dan wegkijkt naar wit, blijven die cellen een tijdlang op verminderde activiteit en zie je geen rood. Ze ziet alleen de som van de overblijvende kleuren en dat is natuurlijk de complementaire kleur van rood: groen.

Positieve nabeeldillusies zijn wat minder bekend.
Maar wat volgt is een mooi voorbeeld.
Staar gedurende 30 seconden naar het zwarte puntje (niet het oog van de vogel!) ongeveer in het midden van het vogeltje op de groene achtergrond.
En kijk dan onmiddellijk naar het zelfde puntje op de tekening eronder met de witte achtergrond: je ziet het vogeltje in dezelfde kleur als de achtergrond van de eerste figuur: groen!

image 
image
Klik je op één van bovenstaande tekeningen met de vogeltjes, dan kom je op een site terecht waar je met dezelfde positieve nabeeldillusie kan je nog veel meer kan experimenteren.

De verklaring voor positieve nabeeldillusie is nog niet echt bekend.
Die verklaring blijft dus voorlopig ook nog een illusie

zondag 23 mei 2010

Rust Copernicus nu eindelijk in vrede?

Portret van Copernicus uit de 16e eeuw.

Kort vóór hij in 1543 op 70-jarige leeftijd overleed, publiceerde Nicolaas Copernicus zijn revolutionair werk De Revolutionibus Orbium Coelestium (Over de omwentelingen van de hemellichamen).
Het revolutionaire en gedurfde van die publicatie lag in de stelling dat niet de aarde het centrum van het universum is, maar dat de zon centraal staat in ons planetenstelsel (heliocentrisme).


Volgens de Katholieke Kerk was een dergelijke theorie totaal in strijd met de centrale plaats die de aarde in de katholieke leer inneemt.
Eerst werd de heliocentrische opvatting van Copernicus zoveel mogelijk doodgezwegen.
Maar toen 60 jaar zijn dood, Galilei met zijn nieuw instrument, de telescoop, de centrale plaats van de zon bevestigde, werd "De Revolutionibus" bij de verboden boeken geklasseerd.
Het duurde tot 1835 vooraleer de Kerk het verbod op het boek ophief.

Bij zijn dood werd Copernicus begraven in een anoniem graf in de kathedraal van de Poolse stad Frombork.
De zoektocht naar het graf heeft twee eeuwen geduurd.
Pas in 2005 werd het definitief gelokaliseerd.
En DNA-onderzoek van haar en tanden van het skelet bevestigden dat het om het graf met de resten van de Poolse astronoom ging.

Intussen was de vorige paus, de pool Karol Józef Wojtyła (Johannes Paulus II) definitief begonnen aan het officieel kerkelijk eerherstel van Copernicus.
In 1999 bezocht hij de Torun, de geboorteplaats van de sterrenkundige en prees hij diens wetenschappelijke verdiensten.
Gisteren, zaterdag 22 mei 2010, 467 jaar na zijn dood werd Copernicus herbegraven.
Zijn kist werd dit keer met veel ceremonie en verontschuldigingen bijgezet in een zwart granieten praalgraf in de kathedraal van Formbork.


Uiteindelijk eer aan wie eer toekomt.
Maar het kan in sommige middens onbegrijpelijk lang duren om tot het juiste inzicht te komen...

zaterdag 22 mei 2010

12 dingen die de wereld gaan veranderen

Scientific American waagt zich in zijn juni-nummer op glad ijs.
Er wordt aan toekomstvoorspelling gedaan.
12 gebeurtenissen die in de komende periode (tegen 2050 b.v.) onze samenleving drastisch zouden kunnen beïnvloeden en die de wereld zouden kunnen veranderen, worden ten tonele gevoerd.
De moeite waard dus om daar eens kennis mee te maken.
En je moet daarvoor nog niet eens een abonnement hebben op het tijdschrift.
Op de website kan je een schitterende interactieve montage bekijken waarin die 12 wereldschokkende gebeurtenissen worden voorgesteld
Niet te missen volgens mij.
Klik dus op onderstaand beeld en “geniet” van wat ons en ons nageslacht te wachten staat.
Ik hoop maar dat je er niet depressief van wordt.

image

donderdag 20 mei 2010

Over spinnenwebben en maizenapap


Een spinnenweb is een ingenieus ding.
En dan heb ik het niet alleen over de bijzonder efficiënte constructie.
Ook de samenstelling van het spinrag is speciaal: een staaltje chemie van de bovenste plank.
Want de spinnenlijm die op de draden zit heeft visco-elastische eigenschappen.
Oei, wat is dat wel?
Visco-elastisch wil zeggen dat de lijm zowel viskeuze als elastische eigenschappen heeft.
De viskeuze eigenschappen slaan op de stroperigheid van de lijm.
De elastische eigenschappen slaan op de terugkeer naar de oude vorm na vervorming.

Op het eerste zicht lijkt visco-elasticiteit iets raars.
Nochtans heeft een gekend product uit de keuken die eigenschappen ook: maïzena (maiszetmeel) is ook een visco-elastisch.
Wat houdt dat in?
Als je een dik maïzenapapje maakt kan je er met een lepel langzaam goed door roeren, maar als je met een lepel snel op het oppervlak van het papje klopt, geraak je er niet doorheen.
Een langzame elastische vervorming van de pap verlaagt de stroperigheid.
Een snelle vervorming verhoogt de stroperigheid van de maizenapap.
Een spectaculaire toepassing hiervan zie je in het volgend YouTube-filmpje, waar zowaar mensen op maizenapap lopen!
Door de snelle vervorming wordt de vloeistof zó viskeus dat je er niet door valt!


En nu de spinnenweblijm.
De lijm zit op de webdraden onder de vorm van zeer kleine druppeltjes (grootteorde: micrometer = miljoenste van een een meter = duizendste van een millimeter)
Scheikundigen en biologen van de University of Akron in de VS hebben die druppeltjes onderzocht en de resultaten van hun werk zeer recent in Nature Communications gepubliceerd.
Als ze een (uiterst dun) glazen staafje van zo’n druppel wilden lostrekken gebeurde er iets raars: hoe sneller ze trokken hoe moeilijker het staafje van de druppel loskwam. Bij traag trekken kwam het mini-staafje dus vrij gemakkelijk los.
Het lospeuteren van de prooi is een trage vervorming en dan verlaagt de viscositeit van druppelvloeistof en komt de prooi goed los.
Het invliegen van de insecten is een snelle vervorming en dan verhoogt de viscositeit en dus ook de kleefkracht.
De lijmdruppeltjes hebben dus visco-elastische eigenschappen vergelijkbaar met die van ons maïzenapapje.
De onderzoekers vermoeden dan ook dat de lijmdruppeltjes een chemische samenstelling en structuur hebben die op die van maïzena lijkt. Maar dat moet nog verder onderzocht worden.

Spinnenweblijm familie van maïzena.
Wie had dat nu gedacht!

woensdag 19 mei 2010

YouTube is 5 jaar jong

Eergisteren, 17 mei 2010, was YouTube net 5 jaar oud.
Ongelooflijk welke vlucht die video-uitwisselings-site in die periode genomen heeft. En wat je er niet allemaal kan bekijken en downloaden.
De populariteit is onvoorstelbaar groot.
Volgens Broadcasting ourselves, de officiële YouTube-blog: meer dan 2 miljard bezoekers per dag!
Dat is bijna het dubbel van wat de drie belangrijkste Amerikaanse TV-stations samen in de hele primetime periode mogen verwelkomen.

Bij gelegenheid van de verjaardag heeft YouTube een apart YouTube Five Year Channel geopend waar gebruikers video’s kunnen uploaden waarin ze uitleggen hoe YouTube hun leven beïnvloedt.

image 
Echte nieuwigheden zijn er voor de verjaardag niet aan YouTube toegevoegd.
Tenzij een systeem met een soort hashtags (alom in gebruik bij Twitter) bij de commentaren op video’s.
Bij YouTube zijn de hashtags vervangen aanklikbare gekleurde knopjes (oranje hieronder) zodat je gemakkelijker doorheen gelijkaardige commentaren kan navigeren:
 image

Volgens mij niet zo belangrijk, omdat het alleen maar navigatie binnen de commentaren toelaat. 

Wel de moeite van het bekijken waard is wel het filmpje waarin de evolutie van het eerste krakkemikkige videootje naar de hedendaagse HD en zelfs 3D-weergave in vogelvlucht wordt doorlopen.
In elk geval: gelukkige verjaardag YouTube en bedankt voor het vele interessante materiaal!

dinsdag 18 mei 2010

Bobbejaan Schoepen is niet meer

File:Bobbejaan1957.jpg
Bobbejaan is gisteren naar de eeuwige jachtvelden vertrokken.
Goede aankomst vriend van mijn jeugd!

Ik herinner mij nog alsof het gisteren was, de zaterdagavonden bij ons thuis toen ik nog een pagadder was van een jaar of zes-zeven.
Moeder zette ons dan wekelijks in de zinken waskuip, om ons wat grondiger te reinigen dan het dagelijks kattenwasje dat moest volstaan om naar school te trekken.
Steevast stond bij die schrobbeurt de radio op.
Jan Verbraken, Jean Walter, Will Ferdy, het Brussels Ketje en…. Bobbejaan Schoepen.
Zie ik de lichtjes van de Schelde”.
We zongen het uit volle borst mee met ma. ’t Was of ik Bobbejaan “aan de kaai zag staan”.

Ik wil het je vandaag nog eens laten zingen Bobbejaan.
Bedankt voor die mooie momenten uit lang vervlogen, maar nooit echt voorbije jaren.

maandag 17 mei 2010

De oplossing van de hiëroglyfen-puzzel

image Zie je het?
Elk symbool was opgebouwd uit een cijfer van 1 tot en met 7 en het spiegelbeeld daarvan!
Bijgevolg was het volgend symbool de combinatie van cijfer 8 met zijn spiegelbeeld…
Toch gemakkelijker dan hiëroglyfen ontcijferen niet?

Geen magneten !

Bij het interpreteren van perspectief kunnen onze hersenen soms totaal de mist ingaan.
De maandag-illusie van vandaag illustreert dat op een duidelijke wijze:

zondag 16 mei 2010

Waar klein zijn goed voor is.

Ik behoor niet tot de groten der aarde.
Met mijn 1,70m ben ik wel geen dwerg, maar behoor ik toch eerder tot het kleine grut.
”Klein maar dapper, hoe langer hoe slapper” heb ik me altijd voorgehouden en aan anderen verkondigd.
En klein zijn heeft ook zijn voordelen.
Ik kan onderdoor waar anderen tegenaan lopen.
En als ik ergens niet bij kan, neem ik een laddertje of vraag ik “ne lange” om mij even te helpen.
Ik trek dus mijn kleine plan.



Maar er zitten zijn blijkbaar nog andere voordelen vast aan een kleine gestalte.
Enkele dagen geleden kwam ik via de site van Reuters terecht bij een artikel in het American Journal of Epidemiology.
Een groep Noorse wetenschappers publiceerden er hun onderzoek over de relatie tussen lichaamslengte en thrombose.
En daaruit blijkt dat mannen langer dan 1,81m dubbel zoveel kans lopen om door bloedklonters getroffen te worden dan mannen die kleiner zijn dan 1,73m.
De Noren zijn voor hun onderzoek niet over één nacht ijs gegaan.
Ze hebben gedurende 12 jaar meer dan 26.727 Noorse mannen tussen 25 en 96 jaar gevolgd vóór ze hun conclusies publiceerden.
Andere risicofactoren zoals overgewicht, roken enz. werden uit de resultaten gefilterd.
Een echte oorzaak voor het negatief effect van grotere lengte kennen de onderzoekers (nog) niet. Een hypothese is dat bij langere mannen de bloedstroom in de benen trager is, waardoor sneller klonterring kan optreden.


Als ik nu kort én smal was geweest, dan was ik nog meer gerustgesteld.
Maar je kan niet alles hebben in het leven nietwaar…

zaterdag 15 mei 2010

Met waterstof de nacht door

Als je de daken in je omgeving bekijkt krijg je de indruk dat er heel wat mensen van overtuigd zijn dat zonne-energie het efficiënte en milieuvriendelijke middel is om in elektriciteitsbehoeften te voorzien.


Ik ga hier geen discussie openen over rendement, terugverdientijd enz.
Maar ik wil toch op een zwak plekje wijzen in de energie-omzetting van zonnelicht naar een andere energievorm: ‘s nachts is er geen zon en dus is er met dat systeem ook geen energieomzetting.
Die dode periode moet willens nillens overbrugd worden…
Dat betekent dat er overdag reserve-energie moet opgeslagen worden.

Batterijen zal je zeggen.
Ja, maar ondanks alle verbeteringen van de laatste decennia, zijn  de efficiëntie en de kostprijs van die dingen zijn nog altijd niet erg interessant.

Een andere mogelijkheid is opslag onder de vorm van waterstofgas.
Potentieel is er aan waterstofgas geen gebrek: elke molecule water (H2O) bevat 2 atomen waterstof. En water is er genoeg.
Ik hoop dat de meesten onder jullie zich nog uit hun middelbaar onderwijs herinneren dat je water in waterstofgas en zuurstofgas kan omzetten door middel van elektrische stroom (elektrolyse om preciezer te zijn).

image 
Het ligt dus voor de hand: gebruik een deel van de elektrische energie, overdag opgewekt door de zonnepanelen, om er via elektrolyse waterstof te maken.
En gebruik die waterstof om er ‘s nachts via een brandstofcel weer elektriciteit mee te maken.
Een brandstofcel doet eigenlijk het tegenovergestelde van de elektrolyse: ze maakt van waterstofgas en zuurstofgas weer water en de energie die daarbij vrijkomt wordt omgezet in elektrische energie.

Mooi, maar is de efficiëntie van de elektrolyse van water om waterstofgas te vormen dan zoveel beter dan die van batterijen? 
Veel hangt af van de katalysatoren die men bij de elektrolyse van water gebruikt.
Katalysatoren zijn stoffen die een chemische reactie vlotter (met minder startenergie) kunnen doen verlopen.
De Amerikaanse chemicus Daniel Nocera houdt zich intens bezig met onderzoek naar geschikte katalysatoren voor de elektrolytische splitsing van water.


Deze week heeft hij in Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS) weer een goedkope nieuwe katalysator voorgesteld: nikkelboraat (Ni3(BO3)2).
Nocera is er van overtuigd dat dergelijke efficiënte en goedkoop te maken katalysatoren kunnen leiden tot systemen waarin hele woonblokken zelfbedruipend qua energiebehoefte kunnen worden.
Zonnepanelen op het dak van zo’n appartementenblok om met het overschot aan energie overdag en met behulp van de goedkope katalysatoren waterstofgas produceren.
Het waterstof kan in tanks opgeslagen worden om dan ‘s nachts via brandstofcellen voor de nodige energie te zorgen.
Het valt af te wachten of dit systeem van zonne-energie – waterstofgas – brandstofcel, de energiecyclus van de toekomst wordt.
Maar het ziet er volgens mij toch veelbelovend uit.
Meer toch dan gesubsidieerde fotovoltaïsche celletjes op onze Vlaamse en andere daken…

vrijdag 14 mei 2010

Hiëroglyfen-puzzel

Als ex-lerares geschiedenis heeft Mia altijd veel belangstelling gehad voor Egypte.
15 jaar geleden hebben we (en Mia in het bijzonder) dan ook met volle teugen genoten van de cruise op de Nijl die we toen samen maakten.

Wie Egypte zegt, zegt hiëroglyfen.
Ik herinner me nog hoe onze gids in de tempel van Horus uitleg gaf over de ontcijfering van dit eigenaardig pictogrammenschrift.
En hoe de koningsnamen in de zogenaamde cartouches een belangrijk element waren bij die ontcijfering.

image
De puzzel van deze week is ook een ontcijferkarwei van een hiëroglyfenachtig symboolschrift.
Als je de betekenis van elk symbool op het beeld hieronder inziet, kan je me “zonder problemen” voorspellen wat voor teken in het rode kadertje moet komen.
Laat het me ten laatste zondagavond weten: herve.tavernier2@pandora.be.

Maandagavond kan ik u dan zeggen of je de juiste cartouches hebt verschoten.

image

donderdag 13 mei 2010

Een beetje sportdrank-chemie

Ik stel vast dat het al een tijdje geleden is dat ik nog eens een echt chemieberichtje heb geschreven.
Dat ik dit euvel vandaag zal goedmaken heeft alles te maken met de herhalingsles chemie die ik gisterennamiddag gaf aan een paar laatstejaars van mijn oude school.
Die meisjes en jongens zijn daar de laatste lessen koolstofchemie (vroeger sprak men van organische chemie) aan het verwerken.
In die context hadden we het gisteren over additiereacties.

Additiereacties zijn reacties die doen wat hun naam zegt: het zijn reacties waarbij men atomen aan een molecule toevoegt:
 image
In bovenstaand geval heeft men broomatomen (Br) aan de molecule toegevoegd.
Dit toevoegen kan gemakkelijk als de molecule één of meer dubbele bindingen bezit.
Als de atomen die men toevoegt zware atomen zijn (zoals Br), dan worden de moleculen zwaarder en bijgevolg neemt ook de dichtheid (vroeger sprak men van soortelijk gewicht) van de stof toe.

En nu komen de sportdrankjes op de proppen.
Aan die moderne sportdrankjes worden fruitsmaken (dikwijls citroensmaken)  toegevoegd door middel van natuurlijke plantaardige oliën.
Maar die oliën lossen niet op in het suikerwater van de frisdrank.
Ze blijven als een olielaag bovendrijven.
Wie daarvan zou van drinken zou ineens de volle geconcentreerde citrussmaak in de mond krijgen en daarna alleen nog zoetige vloeistof.
Dit is natuurlijk niet wat men wil.
Men zou er dus moeten kunnen voor zorgen dat de plantaardige oliën met hun citrussmaak zich over heel de vloeistof verspreiden.

Wel, de chemisten hebben dat probleem opgelost.
De moleculen van de plantaardige oliën bevatten dubbele bindingen. Men kan er dus Br aan toevoegen.
Men krijgt dan gebromeerde plantaardige oliën (BVO’s – brominated vegatable oils)

image
Gevolg: de moleculen van de plantaardige oliën worden zwaarder en de olie krijgt een grotere dichtheid.
Nu regelt men het aantal Br-atomen dat men aan de moleculen toevoegt zodanig dat de dichtheid van de olie dezelfde wordt als die van het suikerwater!
De olie gaat zich daardoor als kleine druppeltjes (emulsie) onder het water verdelen.
De citrussmaak zit nu overal in de frisdrank!
En het brouwsel krijgt nog het blijkbaar gewild natuurlijk aandoend troebel uitzicht op de koop toe.

image
Mooi staaltje chemische technologie.
Maar teveel van die gebromeerde drankjes zou ik toch niet drinken.
Broom is immers niet het allergezondste goedje

woensdag 12 mei 2010

Het nieuwe Google-zoeken

Wellicht is het je ook al opgevallen: Google heeft sedert enkele dagen de layout van zijn zoekresultaten aangepast en een paar interessante nieuwigheden toegevoegd.
Wat ik de moeite waard vind heb ik op onderstaand beeld in een rood kadertje gezet.

image
Om te beginnen: de navigatiekolom links is nu standaard aanwezig bij elke zoekopdracht. Voordien moest je die zelf zichtbaar maken door “Toon opties” aan te klikken.
Mocht je dit eerder een nadeel vinden, dan kan je nog altijd “in de oude toestand” gaan zoeken als je deze link aanklikt.
Uiteraard kan je die link ook aan het Google-icoontje op je bureaublad koppelen als je het oude verkiest.

De nieuwe navigatiekolom bevat bovenaan gekleurde iconen waarmee je snel je zoekdomein kan afbakenen: overal zoeken, of alleen in afbeeldingen, maps, boeken,…

Meer naar onder toe in de kolom, krijg je de mogelijkheid om alleen te zoeken in sites met afbeeldingen.
Dit kan op veel terreinen interessant zijn.
Eén voorbeeld maar: veronderstel dat je voor je vakantie een hotel in Leeuwarden zoekt.
Zoeken in sites met afbeeldingen, schotelt je bij je zoektocht meteen een reeks foto’s van de beschikbare hotels voor. Dit kan je keuze zonder twijfel vergemakkelijken.

Nog een nieuwigheid is het toetsenbordicoontje naast de zoekbalk rechts bovenaan.
Dit is handig voor wie wil zoeken in talen met speciale tekens.
Russisch of Arabisch bijvoorbeeld.
Als je die talen machtig bent en je zoekt met de Google van het vreemde land (http://www.google.com/webhp?hl=tweeletterige internationale landcode - b.v.: http://www.google.com/webhp?hl=ru voor de Russische Google), dan kan je, als je toetsenbordicoontje aanklikt, je gewone toetsenbord gebruiken om in de vreemde taal te typen.

image

Zoeken met de Arabische Google (http://www.google.com/webhp?hl=ar) heeft bijvoorbeeld als gevolg dat de letter A op mijn Azerty-klavier overeenkomt met image
Ik neem aan dat dit de Arabsche A is, maar zeker weet ik het niet
Wie Arabisch kent, moet me maar even helpen…

dinsdag 11 mei 2010

Even jullie aandacht voor een zeer grote olievlek

De Europese monetaire crisis, binnenlands politiek gekrakeel, pedofilie in de katholieke kerk, wangedrag op de voetbalvelden enz.
Dit alles houdt onze aandacht weg van het feit dat onze aarde op dit ogenblik te maken heeft met één van de grootste milieurampen ooit: de enorme olievervuiling in de Golf van Mexico.
Per dag lekken daar nog steeds 800.000 liter (!) olie in zee na de ontploffing op 20 april van het Deepwater Horizon boorplatform.

Als je op onderstaand beeld klikt, kan je een idee krijgen van de grootte van de oppervlakte van de reuze vlek die op dit ogenblik op de Atlantische Oceaan drijft vóór de Amerikaanse kust.
De mashup achter de Google Map die ons daar een idee over geeft, laat toe op de oppervlakte van de olievlek eens te vergelijken met de oppervlakte van wereldsteden zoals Parijs en London.
Je kan zelfs een stad naar keuze ingeven.
Probeer maar Brussel, Gent, Amsterdam eens, of je eigen dorp en je zal je meteen realiseren wat een milieuramp zich op de achtergrond van de zogenaamd hetere actualiteit aan het afspelen is.

Nog even dit: de mashup veronderstelt dat je de Google Earth Plugin geïnstalleerd hebben. 
Maar die zou niet meer op je PC mogen ontbreken als je wil genieten van de fantastische mogelijkheden die Google Maps en Google Earth ons bieden.

image

maandag 10 mei 2010

Zie je ze ook vliegen - oplossing

image

De puzzel van vorige vrijdag was niet zo moeilijk op te lossen.
Integraalrekening heb je er niet voor nodig.

Bij het begin van gevlieg zijn de fietsers 30 km van elkaar.
Aangezien ze met beiden constant aan 15 km/h fietsen, ontmoeten ze elkaar precies in het midden.
Dus na 15 km en dus na 1 uur fietsen.
De vlieg heeft dan ook juist 1 uur gevlogen.
En aangezien ze met een constante snelheid van 30 km/h vliegt, heeft ze precies 30 km afgelegd.

Het beestje zal dan wel even mogen rusten neem ik aan.
En de fietsers ook.
Tot vrijdag voor het volgende probleempje.

Welwillende voorspellers

Dat onze hersenen niet 100% betrouwbaar zijn in de interpretatie van de signalen die hen door onze zintuigen worden bezorgd, weten we intussen wel.
Nog een staaltje daarvan in de visuele illusie van vandaag:
image
Onze hersenen gedragen zich in dit geval als welwillende voorspellers.
Ze veronderstellen dat we de signalen als één geheel moeten interpreteren. De ontbrekende lijntjes die er een kubus van maken “denken” ze er wel bij.
Straffer nog: de kubus die je ziet kan plots omklappen, zodat je hem soms in een zijdelings bovenaanzicht naar rechts ziet en een ander moment zie je hem in zijdelings onderaanzicht naar links.

Maar als je in de figuur hierboven elk deelfiguurtje volledig afsluit, houden onze hersenen op met alles als één geheel te zien.

image
Niet te verwonderen dat we soms spoken zien met zo’n welwillende voorspellers in onze bovenkamer.

zondag 9 mei 2010

Proficiat moederkes!

Vandaag vieren we in het grootste deel van Vlaanderen Moederdag.
image
Om alle moederkes te eren grijp ik dit jaar naar een wellicht niet zo bekend, maar erg mooi gedicht van Pierre H. Dubois.
En als je nog een moederke hebt: draag ze op handen!

Oud zijn of jong, moeder, maakt het verschil?
Alleen of samen zijn en stil te praten,
met de steeds ouder wordende gelaten
elkander aan te zien, vermoeid en stil?

Langzaam begint het tot mij door te dringen
de toegeruste eenzelvigheid der dingen,
het voortbestaan bij gratie van hun duur,
de gelijkvormigheid van ieder uur

en van de daden en van de gedachten.
Een nacht gelijkt altijd op alle nachten,
de woorden die men zwijgt of die men spreekt.
En langzaam wordt het hart dan losgeweekt.

En ik begrijp nu, moeder, hoe ik groei,
niet naar het licht maar naar de diepe zin
van al wat leeft sedert het eerst begin,
van vóór ik als verlangen u doorwoei.

zaterdag 8 mei 2010

Ken je Ready-Kilowatt nog?

Ik herinner me hem nog uit mijn jonge jaren: Ready-Kilowatt.

Dat was het rare stripfiguurtje dat indertijd vaders en vooral moeders moest overtuigen van de grote voordelen om allerlei huishoudelijk werk door elektrische toestellen te laten doen: koken, poetsen (stofzuigen), roeren (mixen),…
Wat nu evident is, was dat toen nog helemaal niet.
Mijn moeder kookte op de stoof en later op het gasvuur.
Een elektrisch kookfornuis heeft ze nooit gehad.

Maar ondanks het feit dat vrijwel alles in huis nu elektrisch gaat, beseffen we toch maar slecht wat 1 kilowattuur (1 kWh) aan elektrische energie nu precies betekent.
Ik herinner me dat ik indertijd mijn leerlingen van die rare vraagstukken liet oplossen (met kostprijzen in frank (BEF) en bedragen uit de jaren ‘70 van de vorige eeuw!):

Een gezin verbruikt gemiddeld per dag: gedurende 4 uur een radio van 120 W, gedurende 5 uur 5 lampen van 75 W, gedurende 8 uur een ijskast van 250 W.
Hoe groot is het bedrag van de maandelijkse elektriciteitsrekening als 1 kWh 3 BEF kost?

Ik weet niet of de jongens en meisjes daarmee een idee kregen van wat je precies met 1 kWh elektrische energie kan doen.
Ik vrees zelfs van niet.

Maar in onze tijd van superinformatie, kan je uiteraard op internet terecht om op een interactieve en visuele wijze achter die kennis te komen.

image 
Klik maar eens op bovenstaand beeld en je komt op de site Home Appliance Energy Use terecht.
Daar leer je b.v. dat je met 1 kWh een gemiddelde laptop  gedurende 20 uren aan de praat kan houden.
Je kan ook nagaan hoeveel het gemiddeld opgenomen vermogen (in Watt) van verschillende huishoudtoestellen bedraagt.
Ook de kostprijs van het verbruik in een bepaalde periode is na te gaan. Maar de resultaten zijn voor ons Europeanen zinloos omdat de kostprijs per kWh in Europa nogal verschillend is met de Amerikaanse bedragen.
En ook bij ons zijn, door het vrijmaken van de energiemarkten op 1 juli 2003, de kWh-prijzen verschillend naargelang de regio en de energieleverancier.
Toch de moeite waard om eens een kijkje te gaan nemen op die site.
Wist je b.v. dat je met 1 kWh (kostprijs rond de 15 eurocent = 6,50 BEF) een lamp van 60 W gedurende 17 uur kan laten branden? De site leert het u.
En dat alles zonder dat je een vraagstuk moet oplossen…
Reblog this post [with Zemanta]

vrijdag 7 mei 2010

Zie je ze ook vliegen?

Het fietsseizoen is al een tijdje aan de gang.
En vliegen zijn er ook al genoeg.

Veronderstel twee fietsers die volgens een rechte lijn naar elkaar toe fietsen met dezelfde constante snelheid van 15 km/h.
Op het moment dat ze zich op 30 km van elkaar bevinden, vertrekt er een vlieg vanaf het stuur van de ene fietser, recht naar het stuur van de andere fietser. En daar keert ze onmiddellijk weerom. Zo vliegt ze, met een constante snelheid van 30 km/h, steeds maar heen en weer van het ene stuur naar het andere.

Mijn puzzelvraagje van deze week: welke afstand heeft de vlieg in totaal afgelegd op het moment dat de twee fietsers elkaar ontmoeten?
Weet je het (en dat zou mij niet verwonderen), stuur mij dan tegen zondagavond uw antwoord met wat uitleg: herve.tavernier2@pandora.be
Maandagavond laat ik u weten hoeveel km de vlieg gevlogen heeft.

image
Kleine anekdote: toen ik nog fysicalessen gaf stond dit puzzelke jaarlijks in de reeks vraagstukjes …

donderdag 6 mei 2010

Wat zegt ge?

Dat zinnetje moet ik de laatste tijd regelmatig gebruiken.
Mijn gehoor verbetert er inderdaad niet op.
Dit is een familiekwaaltje. Mijn vader had ook er last van.
Maar het ongemak heeft zonder twijfel ook veel met leeftijd te maken.
Veel 65-plussers kampen met gehoorverlies.image Maar er is hoop.
In de Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS) publiceerde een onderzoeksgroep van de Universiteit van Florida en de Universiteit van Wisconsin onder leiding van prof. Tomas Prolla, een artikel waarin ze aantonen dat ze het mechanisme achter dit ouderdomskwaaltje hebben ontdekt.
Zoals je verderop kan lezen, kan het heuvel zelfs met behulp van eenvoudige middelen opgelost worden.
Bij muizen toch…
Er is dus hoop.

Gehoorverlies door ouderdom heeft blijkbaar alles te maken met een boosdoener die op veel plaatsen in ons lichaam schade aanricht: oxidatieve stress.
Wat voor een soort stress is dat nu weer?
Wel als we ouder worden, produceren we in ons lichaam meer en meer vrije radicalen. Dit zijn erg reactieve chemische verbindingen, die in de cellen nadelige oxidatieprocessen veroorzaken. De cellen geraken over hun toeren, ze geraken gestresseerd. Ze lijden dus aan oxidatieve stress.
Als verdediging beginnen de cellen BAK (Bcl-2 Antagonist/Killer) te produceren, een bepaald eiwit.
En BAK veroorzaakt allerlei reacties die uiteindelijk tot de dood van de cel leiden: zelfmoord als verdediging tegen noodlottige oxidatieve stress. Die geliquideerde cellen worden meestal wel door nieuwe cellen vervangen, maar de zenuwcellen van binnenoor b.v. niet.

De onderzoekers testten hun vermoeden dat oxidatieve stress te maken heeft met gehoorverlies bij ouderen via een knap staatje genetische manipulatie.
Ze “produceerden” een stam muizen die het gen dat BAK aanmaakt niet in hun DNA hadden zitten. Die muizen konden dus geen BAK aanmaken.
Resultaat: die muizen kregen geen gehoorproblemen bij ouder worden.
Een vergelijkende stam normale muizen werden wel hardhorig.
BAK zorgde dus voor het doden van de zenuwcellen in het binnenoor. En die worden door het lichaam niet vervangen. Slechter horen is dan ook het gevolg.

De remedie tegen hardhorigheid ligt voor de hand: voorkom oxidatieve stress met anti-oxidanten. Dat zijn stoffen die de vrije radicalen elimineren vóór ze hun schadelijk werk kunnen doen.
Dit helpt niet alleen bij gehoorproblemen, maar bij allerlei andere ouderdomskwaaltjes die een gevolg zijn van die oxidatieve stress. Het kan opnemen van anti-oxidanten kan zelfs preventief werken bij sommige kankers.
De meest geschikte anti-oxidanten blijken te zijn: het eenvoudige alfa-liponzuur

image
en het wat ingewikkelder ubichinon-10 (of co-enzym Q10).
  image 
En hoe kom je aan die stoffen?
Via de voeding.
Alfa-liponzuur komt in vrij hoge concentraties voor in orgaanvlees en ubichinon-10 vind je overvloedig in vlees, vis en gevogelte.

We weten dus wat ons te doen staat als we zonder hoorapparaat een woordje willen blijven meepraten.
Maar voor mij komt die kennis echter al een stukje te laat.
Mijn oorzenuwcellen zijn al wat te veel oxidatief gestresseerd geweest, de sukkelaars.
Maar wie nog maar net 40-plus is of nog jonger kan er in de keuken werk van maken!

image 
Nog iets: zouden oude vegetariërs meer hoorapparaten dragen dan (Brusselse) kiekenfretters?