Je kent ze wel die mannen (en vrouwen) met indrukwekkende torso’s, die in fitnesszalen blinkend van de olie zware gewichten tillen om hun arm- , been- en buikspieren dikker en dikker te maken.
Overbodige moeite blijkt nu!
Want lichte gewichten manipuleren is even effectief voor de spieropbouw als zware gewichten duwen en liften.
Op voorwaarde dat je het maar dikwijls genoeg (veel keren dus…) doet.
Een heilig bodybuildershuisje valt hiermee aan diggelen.
“Meer keren licht is even goed dan minder keren zwaar”, is de conclusie van een studie uitgevoerd door onderzoekers van de McMaster University.
Een samenvatting kan je hier lezen.
Tot nu toe was het bodybuidersdogma dat de gewichten zwaar moeten zijn om de spiermassa te doen toenemen.
De zware gewichten kunnen maximaal 6 tot 12 keer getild worden vóór het zogenaamde vermoeidheidspunt bereikt wordt. Dit is het punt waarop de krachten op zijn. Dit komt grotendeels overeen met het einde van de voorraad aan glycogeen in de spieren en dus het einde van de snel aanspreekbare energievoorraad.
De onderzoekers stellen dat de sleutel om spiermassa aan te kweken wel degelijk blijft bestaan in het trainen naar het vermoeidheidspunt toe. Maar dat punt kan volgens het onderzoek evengoed bereikt worden door 25 à 30 keer lichtere gewichten te liften dan 6 tot 12 keer zwaardere gewichten.
Het zou wel eens kunnen dat bericht goed nieuws is voor wie aan zijn spier- en vetmassa iets wil doen, maar schrik heeft om onder die 50kg-schijven te gaan liggen. Prima.
Maar sorry hoor bodybuilders, zelfs met lichte haltertjes ben ik niet te bekoren…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten