donderdag 30 augustus 2012

Morgen vrijdag is een blauwe-maan-dag.

Morgen is het volle maan.
Niets bijzonders zal je zeggen, dat gebeurt maandelijks.
Maar hola, niet te snel! Morgen is het blauwe maan!
En dat wil zeggen dat dit de tweede volle maan is deze maand.

Als je er je kalender op naslaat (de onvolprezen Druivelaar bijvoorbeeld), zal je zien dat er op donderdag 2 augustus al een eerste volle maan was.
En maanden met twee volle maanden, maanden met een blauwe maan dus, zijn toch relatief zeldzaam: ongeveer ééns om de 2,5 jaar is er zo één. Om iets preciezer te zijn: 7 keer in 19 jaar.
Bekijk ons blauwe Laura dus maar eens goed morgen, want voor de volgende moet je nog bijna drie jaar wachten: tot 2 juli 2015.

Dat er blauwe manen voorkomen heeft natuurlijk alles te maken met de omlooptijd van onze maan rond de aarde.
Tussen 2 volle manen zitten er  29,503 dagen zitten.
Dat is minder dan het aantal dagen in een maand.
Bijgevolg moet er zo nu en dan wel eens een maand met twee volle manen voorkomen.

Maar waarom zo’n tweede volle maan op een maand nu precies een blauwe maan genoemd wordt is niet helemaal duidelijk.
Het heeft in elk geval niets met de kleur van de maan te maken.
En volle maan heeft immers zelden een blauwe kleur.
Zo’n blauwe kleur kan wel eens voorkomen als er stofdeeltjes in de atmosfeer aanwezig zijn die precies die afmetingen hebben dat een groot deel van de langste golflengten van het maanlicht (dat zijn de rood-oranje kleuren) door dat stof geabsorbeerd worden.
De kortste golflengten (dat zijn de blauw-paarse kleuren) dringen dan wel door dat stof heen en geven het maanlicht een blauwe schijn.
Bij sommige vulkaanuitbarstingen kan zo’n echt blauwe maan te zien zijn. Naar het schijnt was dat 129 jaar geleden, bij de Krakatau-uitbarsting in 1883, het geval.

Maar een maan hoog aan de hemel is in normale omstandigheden helder wit.
En bij een opkomende maan zorgt de grootte van de neveldeeltjes nu net voor een verspreiding van het blauwe licht, zodat de maan aan de horizon ‘s ochtends er eerder geel-oranje uitziet.
Laat ons daarom maar aannemen dat de naam blauwe maan niets te maken heeft met haar kleur, maar met de zeldzaamheid van het fenomeen.
Net zoals “once in a blue moon” iets zeldzaams betekent.

De blauwe maan van morgenavond komt op in het oosten om 19.54u. en gaat onder in het westen om 7.57u..
Via een simulatie in Stellarium zie je ze hieronder om 22u. in het zuid-oosten glorieus aan de hemel staan, op 60° boven de horizon:

image

Nog zo’n raar fenomeen, maar niet eigen aan een blauwe maan alleen, is dat een maan dicht bij de horizon er schijnbaar groter uitziet dan een maan hoog aan de hemel: de fameuze maanillusie.
Over die illusie en de verklaring ervoor heb ik het in vroegere blogberichten al gehad (1,2).
Maar ik kom er vandaag nog eens op terug omdat astrofysicus dr. Stephen Hughes en zijn student Adam Ellery, de reële te meten grootte van de maan grondig onderzocht hebben.

Met een digitale camera namen ze foto’s van de volle maan, boven zee en boven land, dicht bij de horizon en hoog aan de hemel.
En uit metingen aan die foto’s bleek dat een maan dicht bij de horizon nu net een kleinere afmeting heeft dan een maan hoog in de lucht: 5,73 ± 0,04% kleiner!
Dus net het tegenovergestelde van wat de maanillusie ons doet geloven!

Als oorzaak van die verkleining aan de horizon geven de Australische wetenschappers de breking van het maanlicht door de atmosfeerlagen aan. Ze tonen aan dat die breking zorgt voor een verstoring van de maancirkel, waardoor die in verticale richting samengedrukt wordt.
Hieronder zie je links zo’n samengedrukte oranje maan aan de horizon en rechts een helderwitte maan 60° boven de horizon. Beide manen zijn uiteraard tot dezelfde schaalgrootte herleid:

image

Een uitgebreid verslag van hun eenvoudig een goedkoop experiment, dat goed door leerlingen van het middelbaar onderwijs is uit te voeren, kan je lezen in “Measuring the apparent size of the moon with a digital camera”.

Maar groot of klein, illusie of niet: bekijk ze morgenavond maar eens goed, onze zeldzame, schitterende blauwe maan.
En denk misschien nog even aan Neil Armstrong…

woensdag 29 augustus 2012

Nooit meer te laat?

Na de antieke mechanische polshorloges, de elektronische kwartshorloges en de radiogestuurde horloges, is er nu het GPS-gestuurde polsuurwerk.
De radiogestuurde klokken lieten immers zo nu en dan een steekje vallen.
Want voor de absoluut correcte tijd moet je met zo’n klok voldoende dicht bij de radiozender zijn om het stuursignaal, afgeleid van een atoomklok, goed te binnen te krijgen.
Voldoende dicht is natuurlijk relatief: de reikwijdte bedraagt ruim 2000km, zodat je zowat overal in Europa binnen de vereiste straal zit om het DCF77-signaal vanuit het Duitse Frankfurt (Mainflingen) voldoende sterk te ontvangen.
Tussen haakjes: in het DCF77-acronym staat D voor Deutschland, C is het symbool voor lange golven – de C-band, F voor Frankfurt en 77 voor de 77,5kHz-frequentie van het signaal.


Maar zelfs een voldoende sterk radiosignaal kan nog altijd gestoord worden. En de toenemende elektronica om ons heen produceert meer en meer stoorzenders die met het stuursignaal interfereren.
Gedaan daarmee dachten ze bij Seiko en ze bouwden een polshorloge dat zijn tijd instelt op GPS-signalen: de Seiko Astron.

Eéns per dag controleert de ingebouwde GPS-antenne de positie. Op basis daarvan berekent de processor in welke tijdszone je vertoeft en worden de getoonde datum en tijd (indien nodig) automatisch bijgestuurd.
Maar binnen in een gebouw is er toch geen goede GPS-ontvangst zal je zeggen?
Juist, maar het horloge heeft ook een knopje waarmee je op elk moment de GPS manueel kan resetten. Als je dus niet dag en nacht binnen zit is er geen probleem.
En in het horlogeglas is een matrix van 7 zonnecellen ingebouwd die de Li-ion-batterij in goede conditie houdt.
Dus overal ter wereld en altijd de juiste tijd!



Zou dit nu het ultieme horlogesnufje zijn?
En nooit meer te laat? Altijd op tijd?
Vergeet dan toch maar niet om regelmatig op je Seiko Astron te kijken. En je tijd niet te verspillen…

dinsdag 28 augustus 2012

Zat dat daar allemaal in?

In de zoo van Melbourne heeft men het uitkomen van een boomkreeft gefilmd.
Ongelooflijk hoe zo’n groot ding in zo’n klein eitje kon!


Zo’n pasgeboren vleugelloze boomkreeft groeit verder uit tot bruinzwart insect (zie de 6 poten!) met een lengte tot 12 cm en een gewicht tot 25 gram!
Het gaat hier over een reuzeninsect dat behoort tot orde van de wandelende takken.


Boomkreeften waren zo goed als uitgestorven, maar Australische wetenschappers hebben een kweekprogramma opgezet waardoor de insecten vanaf 2015 opnieuw kunnen uitgezet worden op het Lord Howe Island waar ze oorspronkelijk thuis waren.
Boomkreeften worden trouwens in het Engels “Lord Howe Island stick insects” genoemd.
Maar opdat dit plan zou kunnen slagen moeten de muizen en zwarte ratten op het eiland verdelgd worden.
Die muizen en ratten kwamen in 1919 het eiland binnen na een schipbreuk van de S.S. Makambo en ze roeiden de boomkreeften op korte tijd uit.

Meer over die strijd om het behoud van de boomkreeft kan je lezen in Lord Howe Islands stick insects are going home.
Laat ons hopen dat het reddingsplan van dit merkwaardig diertje slaagt.

maandag 27 augustus 2012

Familiepuzzel – oplossing

image

De leeftijd van de drie jarigen samen is 100.
En elke leeftijd is een priemgetal.
Bijgevolg moet één van de priemgetallen even zijn.
Dat kan dus niets anders zijn dan 2.
Piet’s dochter is dus 2 jaar oud.

De leeftijd van Piet en zijn vader moet dus samen 98 zijn.
En Piet’s vader moet tussen de 20 en 30 jaar ouder zijn dan Piet.
We moeten dus nagaan met welke twee priemgetallen dit mogelijk is.
37 en 61 is het enige koppel dat aan beide voorwaarden voldoet.
Dus: Piet is 37, zijn vader is 61 en zijn dochter is 2.

Lijnenbedrog

image

Op het eerste zicht lijkt de zwarte lijn links door te lopen in de blauwe lijn rechts.
Maar bij nader toezien ligt ze in het verlengde van de rode lijn rechts!
Het verschil kan subtiel lijken, maar als we één van de lijnen een beetje verlengen is er geen twijfel meer mogelijk:


image

Deze Poggendorff Illusie heeft haar naam te danken aan diegene die haar ontdekt heeft in 1860: de Duitse natuurkundige Johann Christian Poggendorff.
Sommigen onder ons zullen zich die naam misschien nog herinneren uit hun fysicalessen?
Ik heb zijn methode om spanningen te meten jarenlang mogen uitleggen...

zondag 26 augustus 2012

Goodbye Neil

image

1969.
Ik heb je op die 21ste juli ‘s nachts, op de kleine zwart-wit-TV van ma en pa, die kleine grote stap zien zetten. Nu heb je de allergrootste stap gezet.
Goodbye Neil, rust in vrede.

40 jaar na Neil: hoe Curiosity op Mars geland is

Adam Steltzner, Lead Engineer for Entry Descent and Landing bij NASA's Jet Propulsion Laboratory, vertelt ons in onderstaand filmpje hoe Curiosity op 6 augustus jl. op onze nabuurplaneet geland is.

Na ongeveer 1 minuut zie je rechts naast de computersimulatie, echte camerabeelden, opgenomen door de Mars Descend Imager (MARDI), een camera die op de Marsrobot gemonteerd is.
Bijna alsof het in onze achtertuin gebeurde en niet op 248 miljoen kilometer van ons af!

zaterdag 25 augustus 2012

Op schaal

Via Space Facts bied ik u dit weekend een beeld aan van ons zonnestelsel op schaal.
Ik herinner u ook nog even aan de volgorde van de planeten vanaf de zon: Mercurius, Venus, Aarde, Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus, Neptunus.
My Very Educated Mother Just Showed Us Nine Planets” weet je nog wel?

Bedenk dat op de infographic hieronder 1 pixel overeenkomt met 279,6km.
Als je weet dat het beeld 550 pixels breed is, kan je zelf op je scherm uitrekenen wat voor een klein stipje zo’n pixel wel is.
Bedenk ook dat de Franstalige Brusselaars van Sint-Genesius-Rode er in geslaagd zijn om het Gordeltrefpunt 875 meter te verplaatsen…

The Planets to Scale - Space Facts

vrijdag 24 augustus 2012

Familiepuzzel

image

Een groot en wel heel bijzonder verjaardagsfeest in de familie van Piet vandaag.
Want vandaag zijn zowel Piet, als Piet’s vader, als Piet’s dochter jarig!
En nog “bijzonderder”: ze zijn vandaag samen juist 100 jaar oud!
En ook speciaal: de leeftijd van elk van die drie jarigen vandaag is een priemgetal!
Als ik jullie verklap dat Piet’s vader tussen de 20 en 30 jaar ouder is dan Piet zelf, kan je me dan laten weten hoe oud Piet, Piet’s vader en Piet's dochter vandaag geworden zijn?

Stuur me jullie antwoorden tegen zondagavond: herve.tavernier2@pandora.be
Maandagavond om 21.30u. verklap ik hier het familiegeheim.

donderdag 23 augustus 2012

Twee muistips

Lang geleden dat ik hier nog eens een paar computertips presenteerde.
Vandaag bied ik er u twee aan met de stille (maar misschien ijdele) hoop dat ik u iets nieuws leer.

1. Open een nieuwe tab in je browser door met de middelste muisknop op een link te klikken.
Je overschrijft dus de actieve tab niet.

image

En even handig: klik met een de middelste muisknop op een open tab en die tab sluit meteen.

2. Als je de Shift-toets ingedrukt houdt terwijl je met de rechter muistoets op een bestand of een folder klikt, krijg je toegang tot een massa bijkomende selectiemogelijkheden.
Zo kan je b.v. ter plaatse een opdrachtvenster openen (zie groen kadertje). Dat is onmogelijk als je Shift niet ingedrukt houdt.
Of je kan kopiëren naar (zie rood kadertje) naar een massa andere bestemmingen (zie grote rode kader). Zonder ingedrukt Shift is het aantal bestemmingen veel beperkter.

image

Heb je zelf nog computertips in de aanbieding? Laat maar iets weten!

woensdag 22 augustus 2012

Over duur ultramarijn

Kleurstoffen dat is pure chemie.
Het heeft me steeds geboeid om te zien hoe de bouw van moleculen er voor zorgt dat een deel van het zichtbaar licht wordt geabsorbeerd, terwijl de rest van het zichtbaar spectrum wordt gereflecteerd of doorgelaten en bijgevolg de kleur veroorzaakt die we zien.

Van in de oudheid testte de mens allerlei pigmenten uit om textiel en steen te kleuren of om muurschilderingen en later schilderijen op hout en doek te maken.
Denk maar aan de primitieve maar wondermooie taferelen op de wanden van de grotten van Lascaux.
Die kunstenaars van meer dan 10.000 jaar geleden gebruikten de middelen die ze in de omgeving vonden: geel, rood en bruin gekleurde ijzerhoudende gesteenten, krijt en houtskool.
Het kleurenpallet was beperkt tot wat de natuur hen bood: rood, geel, zwart en wit.

image

In de loop van de geschiedenis is dat kleurenpalet steeds verder uitgebreid.
En we kunnen ons afvragen waar de kunstenaars hun kleuren vandaan haalden?

Wie daarover vrijwel alles wil te weten komen moet “Bright Earth – The invention of colour” lezen.

De Engelse scheikundige Philip Ball schets in dit boek op een meesterlijke en zeer gedocumenteerde wijze de geschiedenis van de kleurstoffen.
Ball schetst chronologisch hoe de kunstenaars steeds meer en betere pigmenten ter beschikking kregen.
En hoe hun kunst beïnvloed werd niet alleen door wat beschikbaar was, maar ook door de kostprijs van het kleurmateriaal.

Een mooi voorbeeld daarvan is het verhaal van ultramarijn.
Deze prachtige blauwe kleurstof deed zijn intrede in de late middeleeuwen.
Het kwam van “over zee”, van “ultra mare”, van Afghanistan.
Daar vond men een blauw gesteente, het lapis lazuli, de basis van het ultramarijn.

image

De verre afkomst van dit gesteente zorgde ervoor dat ultramarijn in het middeleeuwse Westen een dure kleurstof was.
Maar die verre afkomst was bijlange niet de enige reden voor de hoge kostprijs.
Veel belangrijker was dat het zeer veel werk en kunde vroeg om het pigment uit het gesteente te halen.
Bij het gewoon fijnmalen van lapis lazuli, bleek immers dat de intens blauwe kleur een onaantrekkelijke grijze tint kreeg ten gevolge van de aanwezige onzuiverheden.
De alchemisten dokterden daarom een methode uit om de blauwe kleurstof uit het gesteente te isoleren. Daarvoor moest het fijngemalen materiaal intens gekneed worden met gesmolten was en harsen en gewassen worden met een zeepoplossing.

Het volledige recept om ultramarijn uit lapis lazuli te isoleren, kan je ook buiten het boek van Ball terugvinden op Google Books.
Op blz 37 van “The Craftman’s Handbook”, een vertaling van “Il libro del Arte”, een handboek voor kunstschilders dat in 1437 uitgegeven werd door de Italiaanse schilder Cennino Cennini, vind je beschreven hoe je moet tewerk gaan.

Door het bewerkelijke van de isolatie en de verre vindplaats van het blauwe gesteente, was ultramarijn een uiterste precieus pigment, meer waard dan zijn eigen gewicht in goud.
Volgens Ball lag het in de devote middeleeuwen dan ook voor de hand om dit kostbaar blauw tot grotere glorie van God te gebruiken bij het afbeelden religieuze taferelen.
Vermogende mecenassen wilden bijvoorbeeld uitdrukkelijk dat Maria in dit superduur blauw werd geschilderd, omrand door vermiljoen en bladgoud.
Ball ontkracht hiermee de stelling dat het blauw op die schilderijen een symbolische betekenis had en stond voor zuiverheid, nederigheid en deugd! Het was het prijskaartje waarmee de rijke sponsors hun hemel probeerden te verdienen dat dit schitterend donkerblauw op de schilderijen deed verschijnen!
Een mooi voorbeeld van hoe de kostprijs van een pigment de kunst mee bepaalt.

image

dinsdag 21 augustus 2012

Rijp of niet?

We zijn bij ons thuis nogal “fruitboeren”.
Iedere morgen bij het ontbijt, én als dessert bij het middagmaal, én bij het avondeten, én bij het TV-kijken én bij het computeren, staat er wel iets fruitigs op het menu: kiwi, ananas, aardbeien, meloen, appel,…

ananassen,appels,citroenen,feestelijkheden,fruit,hoorn des overvloeds,hoornen des overvloeds,levensmiddelen,oogst,speciale gelegenheden,Thanksgiving,vakanties

Ananas bijvoorbeeld, lust ik persoonlijk heel graag maar hij moet goed rijp zijn.
Een paar jaar geleden heeft een verkoper van de groenten-en-fruit-afdeling van de Hasseltse Carrefour, Mia eens getoond hoe ze dat best kon controleren: trek aan één van de blaadjes in het midden. Als dat vrij gemakkelijk loskomt is de ananas rijp. Is dat niet het geval dan laat je hem best nog wat liggen. Een rijpe ananas heeft ook een zoete geur. Een te rijpe ananas riekt azijnzuurachtig.
Sindsdien doen we altijd blaadje-pluk en snuiven we als we ananas kopen…

En hoe zit het dan met het ander fruit? Hoe kan je daar testen op het rijp is of niet?
Het antwoord daarop kreeg ik niet bij de concurrenten van "den Delhaize" of "den Aldi", maar bij Stack Exchange, een site waar je met allerlei “keukenvragen” terecht kan.
Ik presenteer jullie een selectie van wat ik daar gevonden heb.
Voor wat het waard is…

image

Meloen: onderkant moet meegeven als je er (lichtjes) op drukt met je duim. Rest moet stevig zijn.
Er mag geen steel meer aan de onderkant vastzitten. Het litteken op de plaats waar de steel zat moet zuiver rond en afgelijnd zijn.  Vooral aan de onderkant moet de meloen zoetig rieken.

Watermeloen: rijpe watermeloenen hebben een holle klank als je er op klikt. Aangezien een watermeloen vrij veel water bevat, zal een rijpere watermeloen ook zwaarder aanvoelen dan een minder rijpe van dezelfde omvang.
Controleer op de schil de vlek waarmee de meloen op de grond lag: is die geel dan is er veel meer kans dat de meloen rijp is dan als die vlek wit is of zelfs afwezig.
Leg ook geen watermeloen te rijpen op een schaal naast bananen of appels: de meloen zal niet verder rijpen maar papperig vloeibaar worden.

Mango: de kleur geeft weinig informatie omdat er zeer veel verschillende soorten bestaan met verschillende kleurevoluties. Maar als je steeds dezelfde soort koopt kan je ervaring opdoen i.v.m. de kleur van een rijp exemplaar van die soort.
Bij een rijpe mango is de zoete typische mangogeur vooral aan de steel goed op te snuiven.
Mango's worden zachter als ze rijpen. Als je ze lichtjes kan indrukken is dat bijgevolg een goede rijpheidstest.

Aardbeien: de zuivere geur en de egaal rode kleur zijn de belangrijkste testcriteria. Rijpe aardbeien hebben een aangename zoetige geur. Let dus op voor schimmel- en rottingsgeuren aan de fruitstand waar ze koopt: ze verraden de aanwezigheid van soms verborgen rotte exemplaren. Rijpe aardbeien zijn ook door en door rood. Witte of groene vlekken zijn een teken aan de wand.
De vorm van de aardbeien is onbelangrijk.

Avocado: Je koopt ze best als ze nog vrij hard zijn. En dan laat je thuis op een fruitschaal naast een paar appels of bananen verder rijpen onder invloed van het etheengas dat die fruitsoorten vrijstellen. Van zodra de avocado lichtjes indrukbaar is, is hij perfect rijp.

Misschien vinden jullie die rijpheidstestjes maar niets en heb ik open deuren ingetrapt. Of misschien weten jullie veel beter hoe het moet.
Stuur me dan je eigen rijpheidstips, dan vertel ik het hier verder.

Maar goede tips of niet, eet in elk geval meer (rijp) fruit. Da’s gezond.

maandag 20 augustus 2012

Een groter-worden-puzzel – oplossing

bloempotten,boekhouding,chefkoks,cijfers,financile ratjetoe,getallen,koks,mannelijk,mannen,mensen,metafoor,metaforen,nummers uitdelen

Als het getal 4 maal groter wordt door de 4 vooraan te plaatsen, zal ook het laatste cijfer maal 4 vermenigvuldigd worden. Dat geeft dus  4 x 4 = 16.
Het laatste cijfer van het originele getal is dus 6.
Het originele getal eindigt dus op 64.

Nu vermenigvuldigen we het voorlaatste cijfer met 4, maar daar moeten ook de overdracht van onze eerste vermenigvuldiging bijtellen:
4 x 6 + 1 = 25
Het te zoeken getal eindigt dus op 564

We doen verder, maar denk eraan dat we nu 2 moeten overdragen:
4 x 5 + 2 = 22
Nu weten we al dat ons getal eindigt op 2564.

4 x 2 + 2 = 10

Aangezien we naar het kleinste getal moeten zoeken zal het eerst cijfer een 1 moeten zijn, met daarna een nul.

Dus: 102564

Bewegende diamanten?

Prof. Arthur Shapiro is een Amerikaans psycholoog die ons al menige visuele illusie geleverd heeft.
Een mooie is die welke hij de titel “Lucy in the sky” meegaf. Voor oude Beatles-fans welbekende song.
Door de “diamonds” in de figuur hieronder van kleur te laten veranderen, wordt een merkwaardige bewegingsillusie gecreëerd.
De valse beweging wordt volgens prof. Shapiro veroorzaakt door de contrastverandering tussen de randen van de diamanten en de achtergrond.
Ik kan de illusie hier niet embedden, klik dus op het beeld om ze uit te testen.

image
Bron beeld: Arthur Shapiro

zondag 19 augustus 2012

‘t Is heet voor iedereen

“Wat gij aan de minsten van de mijnen gedaan hebt, hebt gij aan Mij gedaan”, zei Jezus.
En ‘t is heet voor iedereen, dus…


Bron: Dumpert

zaterdag 18 augustus 2012

Vrouwen wees waakzaam!.

Ik heb meer dan 40 jaar geleden een klein jaar lang als medisch afgevaardigde gewerkt voor Schering AG.
Schering AG is een Duitse chemiereus die vooral bekendheid verworven heeft voor zijn hormoonpreparaten.

image

De laaggedoseerde contraceptieve pillen Neogynon en Microgynon waren toen Schering’s paradepaardjes.
Die lage dosering moest zorgen voor een beperking van de bijwerkingen die toch aan het dagelijks innemen van zo’n minieme hormonencoctail kunnen blijven vastzitten.
Onze enige echte concurrent was toen de Amerikaanse farmaceuticagigant Wyeth, die een even laaggedoseerde pil probeerde in de pen van de dokters te krijgen.
Op 40 jaar kan veel gebeuren. Schering is intussen een deel van Bayer en Wyeth zit nu bij Pfizer.

Maar de aanleiding voor dit blogberichtje was niet mijn gemijmer over een kort verblijf in de medische wereld.
De echte aanleiding was een bericht in Cell deze week over de “ontdekking” van  de contraceptieve pil voor de man.
Want zelfs zonder dat ik het hierboven al had aangehaald, zal iedereen wel verondersteld hebben dat ik het over de pil had die door de vrouw wordt ingenomen.
In de jaren 60-70, toen de orale contraceptiva op de markt verschenen, was de mentaliteit nog zó dat men er van uit ging dat geboorteregeling hoofdzakelijk vrouwenzaak was. De heren van de schepping vonden het niet erg belangrijk om ter zake veel verantwoordelijkheid op te nemen. Het onderzoek naar een contraceptieve pil voor de man stond toen bijgevolg op een laag pitje.

Ook bij Schering werd toen aan een mannenpil gewerkt, maar van resultaten heb ik nooit gehoord.
Volgens de dokter die ons team begeleide, zat het grote probleem in de onomkeerbaarheid van de gebruikte middelen: éénmaal de aanmaak van sperma onderbroken, was het amen en uit.
Daar schijnt nu verandering in gekomen te zijn.
Een team van het Amerikaanse Bradner Lab onder leiding van chemicus Jun Qi, heeft blijkbaar een molecule gesynthetiseerd die als pil voor de man zou kunnen dienen.
In feite werd het middel in eerste instantie gebruikt bij de behandeling van long- en bloedkankers en pas in een latere fase werd het uitgetest voor zijn invloed op de spermaproductie.
Het middel, dat de naam JQ1 mee kreeg (de eerste letters van de naam van de ontdekker!), zorgt blijkbaar voor een omkeerbare zeer sterke vermindering en zelfs onderbreking van de aanmaak van sperma, zonder dat de testosteronproductie daar onder leidt. Viagra zou dus niet direct nodig zijn als dat pilletje genomen wordt…

Als oude kleine rat in het vak heb ik toch een paar bedenkingen.
JQ1 is tot nu toe alleen maar uitgetest op muizen. We moeten dus niet te vroeg victorie kraaien.
En zullen we wel ooit victorie moeten kraaien?
Hoe weet madam ooit dat mijnheer zijn pil gepakt heeft? Vooral als hij door die pil geen Viagra nodig heeft om zijn hormonendepressie op te krikken...?
Jaja, de pil voor de man: vrouwen aller landen, wees waakzaam!

vrijdag 17 augustus 2012

Een groter-worden-puzzel

bloempotten,boekhouding,chefkoks,cijfers,financile ratjetoe,getallen,koks,mannelijk,mannen,mensen,metafoor,metaforen,nummers uitdelen

Het is weer nadenken geblazen vandaag.
Want de opgave van deze vrijdagpuzzel is kort, maar om de juiste oplossing te vinden moeten de grijsroze celletjes toch wel even aan het werk.
Hier gaan we dan.

Een getal eindigt op 4.
Als je die 4 achteraan wegneemt en ze helemaal vooraan in het getal plaatst, wordt dat getal 4 maal groter.
Wat is het kleinste getal waarmee dit mogelijk is?


Stuur me je oplossing tegen zondagavond: herve.tavernier2@pandora.be
Maandagavond om 21.30u. goochel ik hier de cijfers op de juiste plaats.

donderdag 16 augustus 2012

LEGO is 80!

Nu ons Leen haar kleine Jesse groeit als kool, ben ik aan een speelgoedherbronning toe.
Toen ik een paar dagen geleden op één van onze zolders aan het rondneuzen was, vond ik er nog een uitgebreide collectie speeltjes van in Leen(tje)s jonge jaren: knuffels, poppen, autootjes, Playmobil en…dozen vol Legoblokjes!
Alhoewel ik Jesse geen knuffels en poppen wil verbieden, veronderstel (en hoop) ik toch dat Playmobil en Lego meer zijn ding zullen zijn.

Zoals zo dikwijls in deze internettijden ga ik dan eens rondsurfen om wat extra informatie op te scharrelen over hoe die dingen van 30 jaar geleden intussen geëvolueerd zijn.
En op de site van Lego las ik tot mijn verbazing dat dit speelgoed net 80 jaar oud geworden is.
Maar oud kan je dat niet noemen: Lego blijft nog altijd even uitdagend jong met allerlei nieuwe ontwikkelingen.
Wat mij daarbij wel opviel en een beetje tegenviel: Lego begint in zijn nieuwere productlijnen meer en meer op Playmobil te lijken.
Waar is de tijd van de goede oude simpele noppenblokjes…

image

Interessant is wel het filmpje (17min.!) over de ontstaansgeschiedenis van die wonderlijke Deense vinding.
In een animatievideo kunnen we zien hoe de schrijnwerkerij van Ole Kirk Kristiansen met vallen en opstaan uitgegroeid is tot een enorm speelgoedimperium.
En wat ik ook niet wist: Lego is een verkorting van het Deense “leg godt” wat “speel goed” betekent. Een efficiëntere naam kon men voor dit schitterend speelgoed niet bedenken!

woensdag 15 augustus 2012

Kijk in het hart van de ruimtevaart met street view

NASA’s Kennedy Space Center is begin deze maand 50 jaar geworden.
Bij die gelegenheid heeft Google een bijzondere street view beschikbaar gesteld met meer dan 6000 beelden van dit ruimtevaartcentrum waar ooit de legendarische Apollo-vluchten en later de Space Shuttles vertrokken.

Voor velen van ons biedt dat de kans om een indringend kijkje te nemen op de plaatsen waar ruimtevaartgeschiedenis geschreven is.
En geschiedenis die velen van ons zelf meebeleefd hebben.
Ik herinner me nog alsof het gisteren was, hoe ik op 21 juli 1969 ‘s nachts samen met mijn schoonbroer vóór ons zwart-wit-Tv'tje zat te wachten tot Neil Armstrong in vage beelden zijn “small step for men, but big step for mankind” op de maanbodem zette.

50 jaar later bekijken we hoog gedetailleerde panoramische fot'o’s van de planeet Mars die 1000 keer verder van ons verwijderd is. En we halen verwaand de schouders op…
Maar misschien helpt dit virtueel bezoekje ons beseffen welke technologische revolutie we in de voorbije halve eeuw hebben meegemaakt?

Klik op het beeld en mijmer weg bij zoveel ruimtevaartglorie:

image

dinsdag 14 augustus 2012

Muziek pauzeren? Gebruik Flutter!

Een paar dagen geleden ontdekte ik een leuk stukje gratis software op net.
Flutter is de naam.
Als je het beeld hieronder bekijkt zal je snel doorhebben wat het ding doet: met één handgebaar kan je het afspelen van muziek of een film op je computer pauzeren of heropstarten.

image

Is dat nuttig? Tsa, wat is nuttig…
Ik vind het in elk geval een leuk gadget.
Want het gebeurt mij nog al eens dat ik via iTunes op de achtergrond naar muziek luister terwijl ik een blogberichtje schrijf, op het net surf  of foto’s bewerk in Picasa enz.
En plots rinkelt de telefoon.
Dan moet de muziek het zwijgen opgelegd worden.
Met Flutter kan dit met één geste van mijn hand! Geen geklik meer naar iTunes en de pauzetoets. Gewoon even mijn hand vóór de webcam volstaat.

Daarmee is een essentieel onderdeel van het Flutter-systeem genoemd: Flutter werkt via een koppeling met de webcam.
Als je Flutter installeert zoekt hij naar je webcam en start die op.
En dan wacht Flutter tot je je handpalm vóór de webcam brengt om de muziek (een film kan ook) te pauzeren.
Hetzelfde handgebaar opnieuw, doet de muziek of de film verdergaan waar ze gestopt was.

image


Flutter is leuk, maar heeft toch een paar beperkingen:
- het werkt alleen maar voor muziek/film afgespeeld met iTunes, Windows Mediaplayer, Spotify en Winamp.
- Flutter herkent via de webcam slechts één handgebaar met slechts twee opeenvolgende betekenissen: pauze en spelen

De reactie van Flutter op het handgebaar hangt af van de plaatsing van de webcam. Je zal zelf moeten uittesten wat de beste afstand van je hand tot de camera is en wat bijvoorbeeld de maximale afstand tot de camera mag zijn.
Proberen dus als je interesse hebt.

maandag 13 augustus 2012

Olympische-medaille-en-diploma-puzzel – oplossing

Dit is de oplossing van het olympisch rooster:

image

Tot vrijdag!

Kleurenblind



Wat vind je van de kleur van het centrale bolletje? Groen? Zo zie ik het toch.
Maar zo is het niet. Maandagillusie!
Want als ik met een colorpicker de kleurwaarde van dat bolletje controleer, vind ik
R:53 – G:53 – B: 53 en dat is een grijstint.
Hieronder zie je een bolletje met dezelfde RGB-waarden:
image
En geïsoleerd van de omgevingskleuren is er geen twijfel: grijs!
Trouwens alle groenachtige bolletjes in het bolletjesdoek hierboven zijn in werkelijkheid grijs!
We zijn dus soms kleurenblind als we het eigenlijk niet echt zijn!

zondag 12 augustus 2012

Bolt loopt echt als de bliksem

Iedereen zegt het en het was gisterenavond in de 4 x 100m nog te bewonderen: Usain Bolt is op dit moment de snelste mens ter wereld.
D.w.z.: hij kan over een korte afstand geweldig versnellen en dan een hoge gemiddelde snelheid bereiken.
Laat ons eens bekijken wat dit concreet inhoudt.

Nemen we zijn wereldrecord op de 100m gelopen om het W.K. Atletiek in Berlijn 2009.
Hij liep die 100m in 9,58s.
Dat is met een gemiddelde snelheid van 100m/9,58s = 10,44m/s = 37,58km/h!
Zo snel kan ik niet met de fiets, tenzij bergaf…

Maar het gaat hier om een gemiddelde snelheid vertrekkend uit stilstand.
Zijn topsnelheid moet dus nog een stuk hoger liggen.
Na wat zoekwerk op het internet vond ik op een site van de internationale atletiekfederatie (IAAF) een volledige analyse van die recordloop.
Uit die analyse toon ik hier de gegevens die mijn vraag naar Bolts topsnelheid in die recordren helpen beantwoorden.

1. de tabel met de splittijden (om de 20m)  van de eerste drie lopers:

image

2. een grafiek met de snelheden in km/h van die drie om de 20m:

image

3. Een filmpje van die fameuze 100m. Bolt's snelheid zie je in de linkerbovenhoek:


Bolt loopt inderdaad als de bliksem.
Na 80m haalde hij dus een topsnelheid van 44,72km/h!
44,72km/h, zo snel heb ik met de fiets nog nooit gereden. Zelfs niet bergaf!

zaterdag 11 augustus 2012

Vlieg mee door (een deeltje van) het heelal

Op het moment dat we volop de jaarlijkse periode van de “vallende sterren”, de meteorenenregen van de Perseïden, kunnen beleven, hebben astronomen van de Sloan Digital Sky Survey III (SDSS-III) de grootste 3D-kaart ooit van het heelal vrijgegeven.

Deze 3D-kaart werd samengesteld op basis van waarnemingen met o.a. een gespecialiseerde spectrometer (BOSS).
Deze waarnemingen zijn gestart in 2001 en worden zeker nog tot 2014 verdergezet.
De ongelooflijke kaart lokaliseert bijna 1 miljoen sterrenstelsels (waarvan onze Melkweg er ééntje is…) en peilt tot 12 miljard lichtjaren diep in het heelal.
Toch is nog maar een beperkt gedeelte van het universum in beeld gebracht zoals je op onderstaande illustratie kan zien.
Tegen 2014 hoopt men objecten van een kwart van het heelal 3-dimensionaal te kunnen lokaliseren.
Uit de kennis van ruimtelijke positie van de objecten hopen de astronomen ook meer inzicht te kunnen krijgen in de aard van de mysterieuze donkere materie en de donkere energie die samen naar men schat 96% van het universum vullen



Op basis al die gegevens hebben Miguel Aragon en Alex Szalay van de Johns Hopkins University samen met Mark Subbarao van het Adler Planetarium een simulatie samengesteld waarmee we door een deel van het in kaart gebrachte heelal kunnen vliegen.
In het filmpje is de berekende positie van bijna 400.000 sterrenstelsels weergegeven die zich bevinden tot op 1,3 miljard lichtjaar van de aarde verwijderd.
Je ziet de sterrenstelsels tegen een onmogelijke snelheid aan je voorbij flitsen.

En als je vanavond vallende sterren zou zien, bedenk dan dat dit uiteindelijk maar kleine stofdeeltjes zijn, resten van de komeet Swift-Tuttle, die opbranden als ze onze aardatmosfeer binnendringen op… een paar honderden kilometer van ons af. Verwaarloosbaar dicht vergeleken met de afstand tussen de galaxieën in het filmpje.
Maar doe toch maar een stille wens


vrijdag 10 augustus 2012

Olympische-medailles-en-diploma-puzzel

Hieronder zie je een aantal olympische medailles en olympische diploma’s in een rooster staan.
Het zal wel onmiddellijk opvallen dat dit rooster geen beeld geeft van de Belgische (te rooskleurig) noch van de Nederlandse (is veel groter) olympische oogst…

Elke medaillesoort heeft een zekere getalwaarde.
Uiteraard is de gouden medaille het meest waard.
Het olympisch diploma heeft de kleinste waarde.
Naast elke rij en onder elke kolom vind je het resultaat van de optelling van die waarden per rij en kolom.
Alleen naast de onderste rij staat geen getal, maar een vraagteken:

image

De vragen liggen voor de hand:
1. wat is de getalwaarde van een gouden, een zilveren en een bronzen medaille?
2. wat is de getalwaarde van het olympisch diploma?
3. welk getalwaarde heeft het vraagteken?

Stuur me je antwoord tegen zondagavond: herve.tavernier2@pandora.be
Maandagavond om 21.30u. bekijken we hier de olympische oogst.

donderdag 9 augustus 2012

De Fosbury Fysica

Vandaag komt gouden Tia in actie op de olympische spelen.
Bij de mannelijke hoogspringers zijn de prijzen intussen al uitgedeeld.
Laat ons hopen dat Tia het bleek Belgisch medailleblazoen in extremis nog een beetje kan doen opfleuren.
Maar het zal niet eenvoudig zijn. Want in deze bij uitstek technische discipline is een foutje snel gemaakt.

image

Hoogspringen is inderdaad een sport waarbij de technische uitvoering zeer belangrijk is.
Dat werd in Mexico 1968 duidelijk bewezen toen de Amerikaan Dick Fosbury met een “heel nieuwe” techniek op de proppen kwam en de gouden medaille won.
Maar zo nieuw was zijn techniek eigenlijk niet: zijn landgenoot Clinton Larson had hem in 1912 ook al toegepast. Maar toen lag er nog geen metersdikke schuimrubberen mat achter de lat om de vallende springer op te vangen. En dat kwam aan…
Nu zijn de matten er. En sinds 1968 hebben alle hoogspringers de Fosbury Flop overgenomen.

Het succes van die “flop” is gewoon het gevolg van een stukje toegepaste fysica.
En van het atletisch vermogen om die fysica in praktijk te brengen natuurlijk.
Want waar komt het bij hoogspringen op neer? Dat je je zwaartepunt Z over de lat tilt!
Hoe hoger de lat ligt, hoe hoger je je zwaartepunt Z moet tillen.
Maar hoe hoger je zwaartepunt Z ligt, hoe minder hoog je het moet tillen!
Het is dus niet zomaar dat die hoogspringers geen kleine dikkertjes zijn…

image

Dus “lange zwikken” met een hoger gelegen zwaartepunt Z zijn in het voordeel.

Maar tijdens de sprong komt het er op aan om je zwaartepunt zo laag mogelijk te houden. Dan moet je het immers minder hoog optillen.
En hier komt het geniale van de Fosbury-techniek: door het lichaam achterwaarts gekromd te houden komt het zwaartepunt Z zelfs onder de lat te liggen!
Bij de oude techniek lag het zwaartepunt duidelijk boven de lat, zodat de afstand waarover het zwaartepunt naar boven moest verplaatst worden om over dezelfde hoogte H te springen beduidend groter was: h1 > h2!


image


De afstand waarover een atleet zijn zwaartepunt kan verplaatsen, en dus hoe hoog hij kan springen, hangt af van de beschikbare energie op het moment van de sprong.
Die energie haalt de springer hoofdzakelijk uit zijn aanloopsnelheid.
M.a.w.: op het moment van de afzet moet hij zijn bewegingsenergie zo maximaal mogelijk omzetten in potentiële energie (= “hoogte-energie”).

En nu moet ik er een paar formules bij halen.
De bewegingsenergie op het moment van de afzet = ½ mv2
Hierin is v de snelheid bij de afzet en m de massa van de atleet
De potentiële energie die nodig is om met de Fosbury Flop de hoogte H te bereiken = m.g.h2
Hierin is m weer de massa van de atleet en g is de constante valversnelling ( = 9,91m/s2)
In de veronderstelling dat er geen energie zou verloren gaan zou dus:
½ mv2 = m.g.h2 en dus zou h2 = v2/2g
Met eenzelfde snelheid v aan de voet van de lat, kan je een hogere h2 bereiken en dus een hogere H overschrijden!
Leve de Fosbury Flop dus!

Uiteraard heb ik de zaken hier nogal sterk vereenvoudigd. Want er gaat bij de omzetting van de bewegingsenergie in potentiële energie zeker energie verloren. Denk maar aan de draaibeweging die de atleet moet maken om rugwaarts gekromd over de lat te gaan.
Maar waarom springen ze dan niet voorwaarts gekromd?
De eenvoudigste verklaring is dat bij de rugwaartse kromming de kans minder groot is om met je armen of benen de lat te doen vallen!

Voilà, dat was de Fosbury Fysica!
Ik weet het: ik kan het hier allemaal nogal uitleggen, maar Tia moet het doen!
Het is dus weer zoals zo dikwijls: de beste stuurlui staan aan wal…

woensdag 8 augustus 2012

De chemie van het perfecte zandkasteel

image

Volgens onze succesrijke Limburgse weerman Ruben Weytjens is er een zonnig weekend op komst. En als het in Limburg goed weer is, zal het aan onze kust ook wel niet slecht zijn denk ik.
Misschien een ideetje om eens een dagje naar zee te trekken.
Met je kleinkind(eren) bijvoorbeeld.
En dan een prachtig zandkasteel te bouwen op ons brede Noordzeestrand.
Maar dan wel een sterk kasteel. Eentje dat niet snel als een kaartenhuisje in mekaar zakt.
Hoe doe je dat?

Het is kwestie van het zand op de perfecte manier nat te maken. Niet teveel, niet te weinig.
Het zand dat de stevigste resultaten oplevert bevat welgeteld 1% water!
Ik heb dat niet zelf experimenteel onderzocht.
Dit werd voor jullie en voor mij gedaan door een groep scheikundigen van het Van der Waals - Zeeman Institute (WZI) onder leiding van prof. dr. Daniel Bonn.
Met een publicatie in de Scientific Reports van het top wetenschappelijk tijdschrift Nature, waar iedereen het online kan nalezen.

1% water in het zand is volgens de onderzoekers juist voldoende om capillaire bruggetjes tussen de zandkorrels te doen ontstaan waardoor die aan elkaar gaan kleven. Meer water maakt de mix te vloeibaar en dus onstabiel.
De natuurkundigen hebben zelfs kunnen berekenen dat als je een zandcilinder bouwt met de goede zand-water-mix, de kritische hoogte die je kan bereiken recht evenredig is met de straal R van de cilinder tot de tweederde macht:
hmaxR2/3
Een zandkasteeltoren met een straal van 20cm zou dan tot 2,5m hoog kunnen worden vóór hij in mekaar zakt.

Dat wil ik in het weekend wel eens proberen.
Maar hoe zorg ik voor die 1% water in het zand?
100 emmertjes zand met 1 emmertje water misschien? En dan maar mengen met het schopje?
Dat kan leuk worden Jesse!*

emmers,schep,schepje,scheppen,strandemmertjes,strandscheppen,vrije tijd,zomer
*zie mijn profiel...

dinsdag 7 augustus 2012

Het nagelbijten is voorbij

Misschien hebben jullie het, net als ik, gisterenmorgen live (op jullie PC natuurlijk) meegemaakt: Curiosity staat op Mars!Hij kan nu aan zijn echte werk beginnen.

Onderstaande compilatie van NASA toont hoe men bij JPL het nagelbijten heeft doorstaan en hoe uitbundig de vreugdeuitbarsting bij al die hooggeleerde ingenieurs, fysici en technici wel was. Terecht, want ze hebben een ongelooflijk knap staaltje toegepaste wetenschappen en technologie gerealiseerd:

image
Klik op het beeld om de video te starten.

En per toeval was ook NASA’s Mars Reconnaissance Orbiter (MRO) in de buurt op het moment van de landing.
Via de MRO kregen we dan ook een ongelooflijke opname van Curiosity aan zijn valscherm tijdens de laatste fase van zijn landing:

Bron foto: NASA

Met andere woorden: snel een kiekje nemen van de collega op weg naar zijn “touchdown” en dat dan 250 miljoen km terug sturen naar die nieuwsgierige aardbewoners.
Die moeten er dan wel (250.000.000 km) / (300.000km/s) = 833 seconden = 14 minuten geduld hebben vóór ze het kunnen bekijken…
Ongelooflijk!

maandag 6 augustus 2012

Olympische-ringen-puzzel – oplossing

Als je de cijfers van 1 tot 9 als volgt plaats in de cirkels, krijg je in elke cirkel een som gelijk aan 11. En er zijn twee sets oplossingen:

image

Tot vrijdag!

Nog erger dan een rond vierkant

De maandagillusie van vandaag maakt me bijna gek.
Mijn oude hersentjes kunnen me er niet van overtuigen dat op de afbeelding hieronder twee perfecte concentrische cirkels te zien zijn!
Ik geef het op.
En hoe zit het met jullie?

image

Nochtans als ik over de “gedeukte gevallen” hierboven, zelf twee perfecte cirkels “drapeer”, moet ik wel toegeven dat ik weer niet gezien heb wat er eigenlijk is…

image

zondag 5 augustus 2012

Hij is er bijna!

Als alles goed gaat landt hij morgen op Mars: Curisoty, de Mars Science Laboratory (MSL).
Zoals ik hier al in een paar vroegere berichtten (1,2) liet weten is Curiosity het grotere en meer gesofistikeerde broertje van de de succesrijke marsrobotjes Spirit (†) en Opportunity (nog steeds in leven en terug actief).
Het belangrijkste onderzoeksopdracht van Curiosity gedurende de geplande 23 maanden na zijn landing, is niet vaststellen of er nu nog leven is op Mars.
Met Curiositry wil men nagaan of de omstandigheden op Mars ooit geschikt geweest zijn voor de aanwezigheid van leven. M.a.w. is er ooit leven geweest op Mars?
Daarvoor zal Curiosity grote hoeveelheden grond- en rotsstalen analyseren met behulp van zijn zeer uitgebreid pakket onderzoeksapparatuur.

NASA heeft de Gale krater uitgekozen als landings- en onderzoeksgebied voor Curiosity.
De Gale krater ligt even ten zuiden van de Marsevenaar (5°24’ Z , 137°48’ O). Je ziet dat Curiosity ten noordwesten van zijn dood broertje Spirit zal opereren.
Wie Google Earth geïnstalleerd heeft kan hier een kml-bestand downloaden om met de Mars-plugin de locatie van de krater beter te bekijken.

image

Die keuze werd gemaakt omdat zich in dit gebied een sterk gelaagde 5km hoog gebergte (canyon) bevindt, zoals op het beeld hierboven min of meer te zien is.
Die gelaagde structuur is zonder twijfel een getuige van de geschiedenis van de planeet en biedt dus ook een kans voor het vinden van sporen van vroeger leven.

Volgend filmpje toont uitgebreid (11 min.) een simulatie van de reis van Curiosity.
Een kortere versie kan je hier bekijken.


Nu het ultieme landingsmoment nadert, wordt het nagelbijten voor de NASA-wetenschappers die bij het project betrokken zijn. Ze wachten gespannen af of de 8 maanden lange reis met het peperdure materiaal (kostprijs van het gehele project: 2,5 miljard dollar!) veilig op onze nabuurplaneet zal aankomen en aan zijn onderzoekswerk zal kunnen beginnen.
Over de laatste 7 minuten van die reis, vanaf het binnendringen van de dunne Marsatmosfeer tot de “touch down”, hebben ze een intussen erg bekend filmpje gemaakt.
Je kan het hieronder nog eens bekijken: 7 minutes of terror


En als je het verhaal van de landing live wil volgen, kan hier naar de uitzending kijken.
Maar dan moet je er relatief vroeg bij zijn: maandagmorgen 6 augustus rond 7.30u….
Vergeet je wekker niet te zetten!

Free live streaming by Ustream

zaterdag 4 augustus 2012

Gedaan met de losse flodder

Gisteren zijn op de Olympische Spelen 2012 de atletiekcompetities begonnen.
Ik weet niet of het u al opgevallen is, maar het historische startschot bij de loopnummers is aangepast.
Het startpistool heeft nog altijd wel min of meer de vorm van een pistool (handig voor de starter), maar het schiet geen losse flodders meer.
Het produceert een elektronisch schotgeluid dat kan aangepast worden naargelang de competitie.
Maar dat geluid komt niet meer uit het pistool zelf, maar uit één of meerdere luidsprekers!

image

Dit revolutionaire startsignaal produceert eigenlijk 3 effecten: het geluid dat voor elke atleet hoorbaar wordt via luidspreker(s), een lichtflits en een puls waarmee de tijdregistratie gestart wordt.
Het geheel maakt deel uit van een complex systeem van uiterst precieze tijdmeting, gerealiseerd door het bekende Zwitserse bedrijf Omega, dat al sinds 1932 voor de tijdmetingen op Olympische Spelen instaat.

In tijden waarin verschillen van honderdsten van een seconde kunnen beslissen over de winnaar en het toekennen van een medaille, hield het gebruik van een gewone startschot met de losse flodder immers een onaanvaardbare fout in.
Het geluid heeft een snelheid van gemiddeld 330m/s.
De atleet die bijvoorbeeld bij de 100m het verst van de starter verwijderd stond hoorde het schot uit het pistool dus een stuk later dan diegene die er dichtst bij stond. Veronderstel dat de verst afstaande atleet 10m van de starter afstond, dan hoorde hij het startschot 0,03s later dan wie er dichtst bij stond.
Dit is in de context van de huidige spelen absoluut niet te verwaarlozen. Bedenk bijvoorbeeld dat in het zwemmen deze week Nathan Adrian goud pakte op de 100m vrije slag omdat hij 0,01s (= één honderste van een seconde!) vóór James Magnussen eindigde.

Gedurende de voorbije tientallen jaren probeerde men dat probleem op te lossen door bij de loopnummers waar in banen gestart wordt, de startknal door te sturen naar een luidsprekertje achteraan op de startblokken.
Maar een echt goede oplossing bleek dit niet te zijn, aangezien men zag dat de atleten bleven focussen op het pistool van de starter zelf en niet op het geluid uit de luidsprekertjes achter hen.
Dit werd door Peter Hurzeler van Omega duidelijk vastgesteld aan de hand van de abnormaal lange reactietijd van de Amerikaanse kampioen Michaël Johnson op de Olympische Zomerspelen van Sydney 2000.
Men mat toen bij Johnson, die in de 9de baan en dus verst van de starter af stond, een reactietijd van 440 duizendsten = 44 honderdsten van een seconde, terwijl de normale reactietijden tussen de 13 en 14 honderdsten van een seconde liggen.

Het echte startschot is dus definitief verleden tijd.
De elektronische knal uit luidsprekers en een lichtflits uit de e-gun zijn in de plaats gekomen.
En zelfs als de atleten zich op de starter zouden blijven concentreren: weet dat de lichtsnelheid 300.000.000m/s bedraagt. Voor 10m heeft de lichtflits dus maar 0,000000003s nodig.
Daar gaan we niet over zeuren zeker?

vrijdag 3 augustus 2012

Olympische-ringen-puzzel

Ik kon niet anders: deze puzzel moest iets met de olympische spelen te maken hebben!
Een puzzeltje met de ringen dan maar.

Vervang de rode stipjes door de cijfers van 1 t.e.m. 9, zodanig dat de som van de cijfers in elke ring 11 bedraagt.
Let op: je mag elk cijfer maar 1 keer gebruiken!
Er zijn twee oplossingen: set A en set B
Vandaar de twee stellen olympische ringen hieronder:

image
Bezorg me je antwoord tegen zondagavond: herve.tavernier2@pandora.be
Maandagavond om 21.30u. vervang ik hier de bolletjes door cijfertjes

donderdag 2 augustus 2012

Duik eens mee met een aalscholver!

Anderhalve week geleden vertoefden we nog in Cap Hornu, aan de schitterende baai van de Somme.
We hebben er veel gefietst en lekker gegeten.
En we hebben er ook het uniek Parc Ornitologique du Marquenterre bezocht.

Toen ik de voorbije dagen mijn foto’s aan het ordenen was, kwam ik terecht bij een opname van een groepje aalscholvers. Ze zaten tussen twee visbeurten in, vredig te zonnen op een klein eilandje op één van de vele plassen die het park rijk is:

image

Aalscholvers hebben we bij onze fietsreisjes al wel meer ontmoet. Langs de kusten van de Waddeneilanden bijvoorbeeld, waar we ze op meerpalen zagen zitten, de vleugels gespreid om ze beter te laten drogen na een duik.
En dus ook aalscholvers, (des cormorans in 't Frans), in dit fantastisch Picardisch watervogelpark.

Bij mijn zoektocht op het net naar wat meer informatie over deze handige vissers, kwam ik per toeval op een zeer bijzonder filmpje.
Onderzoekers van de Wildlife Conservation Society (WCS), onder leiding van Flavio Quintana, hebben op een wel zeer speciale wijze het voedingsgedrag van aalscholvers onderzocht.
Ze bevestigden een kleine camera op de vogels en konden zó volgen hoe diep en hoe lang ze wel duiken op zoek naar voedsel.
De opnamen werden gemaakt aan de Patogonische kusten. waar meer dan 7000 aalscholvers verblijven in een door het WCS beschermd gebied. Meer dan 400 van die vogels worden gevolgd, o.a. via GPS. En in dit geval dus ook via minicamera’s.

Uit de beelden blijkt dat de vogels tot twee en een halve minuut onder water blijven en dat ze slechts 40 seconden nodig hebben om de 45 meter diepe oceaanbodem te bereiken!
Dan blijven ze daar nog 80 seconden speuren naar een geschikte prooi vóór ze terug naar de oppervlakte gaan.
En dan zijn ze verplicht om hun vleugels gespreid in de zon te laten drogen.
Want in tegenstelling tot andere watervolgels is hun verenpak zó geconstrueerd dat het water er goed kan in binnendringen. Hun veren worden dus helemaal nat. Zó wordt de aanwezige lucht weggeperst. Daardoor vermindert hun drijfkracht en kunnen ze dieper duiken.
Die “fysica-verklaring” heb ik gevonden in “Wingspreading behavior of the cormorant

Bekijk dit spectaculair filmpje en duik maar eens mee met die sierlijke, bijzondere aalscholvers!

.

woensdag 1 augustus 2012

40 plus? Glimlach!

Theo Gevers en Albert Ali Salah, twee computerwetenschappers van de Universiteit van Amsterdam (UvA), hebben recent een “database van de glimlach” aangelegd.
Daarvoor registreerden ze video’s van het geforceerd en het spontaan glimlachen van 400 proefpersonen tussen de 8 en 76 jaar.

Gevers en Salah analyseerden bepaalde kenmerken in de gezichtsuitdrukking o.a. hoe snel de mondhoeken opwaarts bewogen.
De proefpersonen werd ook gevraagd om een kwaad, gelukkig, angstig, droef en verrast gezicht op te zetten.
Al die gegevens werden in software verwerkt waarmee de leeftijd van mensen kon worden ingeschat.
Daaruit bleek dat het computerprogramma de leeftijd van de glimlachende personen iets beter kon inschatten dan de proefpersonen zelf: mensen maken gemiddeld een inschattingsfout van 7 jaar, het programma van de Nederlandse onderzoekers, zat er gemiddeld slechts 6 jaar naast.
Uit het onderzoek bleek ook dat je jonger ingeschat wordt als je glimlacht… op voorwaarde dat je ouder bent dan 40!
Jongeren kijken best neutraal als ze er nóg jonger willen uitzien.

Meer informatie met voorbeelden uit de database vind je op UvA-NEMO Smile Database.

image

Ik ben gisteren 67 geworden.
En al zeg ik het zelf: mijn gezicht is niet al te dikwijls een donderwolk. Ik glimlach nogal gemakkelijk.
”67? Dat zou je niet zeggen!”. Hoop ik...